De Boeddha werd gevraagd wat meditatie hem opgeleverd had. Hij antwoordde: Niets! Maar laat me je vertellen wat ik verloren heb: kwaadheid, bezorgdheid, depressie, onzekerheid, en angst voor ouderdom en dood.
Meditatie levert niets op
Onmiddellijk schudt hij ons wakker door te beginnen met een ontkenning die meteen de essentie raakt – ‘meditatie heeft mij niets opgeleverd’ – ze dient niet om iets op te leveren! Het wijst naar onze onuitputtelijke drang om iets te bereiken en daarmee gelukkig te worden. Bereiken van wat dan ook is niet het doel van meditatie, hoewel populaire uitleg ons anders doet vermoeden.
Dan benoemt hij wat hij kwijtgeraakt is door zijn meditatiebeoefening: kwaadheid, bezorgdheid, depressie, onzekerheid. Precies die emotionele gemoedstoestanden waaronder we allemaal in meer of minder mate lijden. Kwijtgeraakt klinkt wat magisch, maar het is een fenomeen wat we allemaal kennen. Als je een gewoonte van doen of denken niet meer onderhoudt of voedt, dan zal ze langzaam uitsterven. In essentie is dat hoe je van een verslaving afkomt (van zwaar tot subtiel).
Eerder dan wilskracht vraagt dit, net als in meditatiebeoefening, je vermogen om te rusten met wat er is (vaak een onaangenaam gevoel) waarvan je gewoonte je weg wil leiden. Dit leidt op z’n best tot een (zeer) korte termijn verlichting, waarna na de uitwerking de gewoonte herhaalt dient te worden. Keer op keer.
Kalm Verblijven
Shamatha, of Kalm Verblijven, zoals de basismeditatie in het Boeddhisme genoemd wordt, is de beoefening van zijn met wat er dan ook is. Ongeacht welke gevoelens, emoties, beelden, lichaamssensaties en gedachten er ook voorbijkomen, je bemoeit je er niet mee, je bent je er slechts gewaar van. Hierdoor ontwikkel je je observator. Na verloop van tijd (met beoefening!) ben je meer in staat te zijn met wat er is, zonder iets te hoeven veranderen of anderszins te doen. Dat brengt een ervaring van innerlijke rust en ruimte.
Probeer maar eens – ga zitten, rechtop met je ogen open zonder te focussen, en neem waar wat er zich allemaal in je en om je afspeelt, en iedere keer dat je je ermee gaat bemoeien – prettige ervaringen langer laten duren of onaangename zo kort mogelijk, of je verliest je in de ervaring (je bent afgeleid) – breng je je aandacht weer terug naar je observator. Keer op keer. Dit kun je ook vrij eenvoudig door de dag heen blijven oefenen, zolang je activiteit en omgeving zich daarvoor lenen!
Alles is veranderlijk
‘Angst voor ouderdom en dood’, het laatste deel van Boeddha’s antwoord, is in essentie onze angst voor verandering. Ons leven is nooit aflatende verandering, geen moment is hetzelfde als het voorgaande, alles is in beweging. We worden geboren, groeien op, leven, worden oud en sterven – als ons al zolang gegeven is.
Hoewel dat zo is, en we veel tijd en energie steken in het veranderen van onszelf en onze omstandigheden, houden we eigenlijk niet zo van verandering. We zijn gehecht aan de status quo van het oude en wat angstig voor het nieuwe (in de gestaltpsychologie wordt dat heel passend de ‘impasse’ genoemd).
Vandaar dat we gedurende ons leven regelmatig te lang blijven hangen in huizen, werk, banen, relaties en bezitters blijven van zaken die we al lang niet meer nodig hebben.
Op existentieel niveau helpt meditatiebeoefening je met onder ogen zien hoe het is (of je het nu leuk vindt of niet). Het maakt het je uiteenzetten met de doorgaande beweging van voor- en tegenspoed, van veranderlijkheid die we allemaal meemaken, niet alleen makkelijker, maar ook vanzelfsprekender.
Zo is het.