Niemand kan zonder een ander. Het kopje thee dat we drinken, daarvan zijn de blaadjes door anderen gekweekt en geplukt, is zij door anderen gedroogd en verpakt en getransporteerd. Het water wordt door anderen aangeleverd en de kop en schotel wordt gemaakt van klei, door anderen gewonnen en gebakken.
Ook journalisten zijn afhankelijk van andere mensen. Veel zaken zouden verborgen blijven als journalisten niet getipt werden en van informatie voorzien door anderen. Welke hun motieven ook zijn.
Chef was vroeger politieverslaggever- ook wel misdaadverslaggever geheten. Zijn werkveld was de zware criminaliteit, moord, roof, liquidatie, terrorisme, dat soort zaken. Meestal was hij op pad en als hij op de redactie was zat hij in een eigen kamer buiten de grote redactiezaal. Om de privacy te garanderen van wat hij deed en met wie hij contact had.
Op een dag rinkelde in die kamer de telefoon. Een vrouw aan de andere kant van de lijn, met een zeer beschaafde stem. Ze zei tegen Chef dat hij eens aandacht moest besteden aan meneer X in relatie tot het leegroven van bedrijven. Daarop legde ze de telefoon neer. Chef zocht contact met een collega van de economieredactie en vertelde van het telefoontje. De collega trok bij Chef in in het kamertje en ze gingen aan de slag. Het onderzoek verliep moeizaam, zeer moeizaam. De politie wist van niks. Na een paar weken belde de vrouw weer en gaf aanvullende informatie. Dag jongens, zei ze tegen de twee journalisten. Die noemden haar de Dordtse Dame, vanwege een mogelijk accent. Maanden verliepen en de vrouw kwam af en toe op de lijn als ze merkte dat Chef en zijn collega vastliepen. Ik help jullie aan nieuwe informatie, zei ze dan.
Het ging om een bende academisch gevormde schurken, notarissen, ingenieurs, raadsleden en een topman uit het midden-en kleinbedrijf die middelgrote bedrijven leegroofden als de eigenaar ziek werd en hulp zocht bij overname. De buit liep in de miljoenen. Af en toe liet de Dordtse Dame een envelop op de redactie bezorgen met belangrijke stukken. Toen het tijd werd om te publiceren nam het openbaar ministerie een abonnement op de krant, om op de hoogte te blijven van de vordering van de twee journalisten.
Wij wilden natuurlijk wel weten wie de Dordtse Dame was. Op een dag belde ze weer en liet Chef haar vijf minuten wachten alvorens het gesprek te beginnen. Later draaide hij een bandopname af van die wachttijd maar er was niks te horen. Geen tram-, trein-, weggeluiden, gesprekken, zelfs geen vogel. De Dordtse Dame wist van wanten. Op een dag belde ze niet meer. Achttien daders werden veroordeeld tot langdurige gevangenisstraffen dankzij een vrouw met een geweten en kennis.