Ik kom uit een gezin met zes kinderen. Voor mijn ouders was het een hele klus ons te voeden, te kleden, met ons te wandelen en leuke en nuttige dingen te doen. Mijn vader werkte zich te barsten om zijn gezin te kunnen onderhouden en mijn moeder was general gezinsmanager. Beiden waren aan het eind van de dag totaal gesloopt maar wij, de kinderen niet.
Mijn ouders wilden graag dat, als wij begin van de avond naar boven, naar bed gingen, we dan ook binnen redelijk korte termijn gingen slapen. Zodat zij in rust de avond door konden brengen. Maar dat was een illusie. We klierden wat aan, maakten herrie en ruzie en gingen in bed en in onze slaapkamers verder met ons jonge leventje.
Mijn vader had de hinderlijke gewoonte, daartoe aangezet door mijn moeder, om doodstil op zijn pantoffels de trap op te sluipen en dan opeens de slaapkamerdeur open te gooien en ons te onderhouden en aan te spreken op ons gedrag. Wij vonden dat niet prettig. Op een dag monteerden we een schakelaartje op een traptree. Als je er op trapte, het ding was onzichtbaar verstopt onder de trapbekleding, knipperde bij ons in de slaapkamer een klein lampje. Vader is onderweg. We klierden voort maar zijn nooit meer op heterdaad betrapt.
Ik verkeer in een fase in mijn leven dat al die herinneringen bovenkomen. Mijn ouders zijn al jaren dood en ik mis ze nog steeds. Ze zijn er jammer genoeg niet om mijn ervaringen te kunnen delen. En ik weet niet of, waar en wanneer ze wedergeboren zijn. Ook nu zijn ze blijkbaar op hun rust gesteld. Mijn vader sluipt de trap niet meer op, het ouderlijk huis is een gewoon huis geworden, maar dat schakelaartje is er nog steeds: het boeddhisme. De ene dag lukt het beter dan de andere om het achtvoudige boeddhistisch pad te volgen. Ik doe nog steeds dwaze dingen en soms beland ik in mijn beoefening in een vrije val naar beneden. Op acht plaatsen op het pad dat ik soms strompelend bewandel, gloeien de waarschuwingslampjes op.
Moge iedereen gelukkig zijn, met name jij.
Vrede en alle goeds.
Moedig voorwaarts!
BIJSLUITER: het lezen van deze columns kan leiden tot groot geestelijk ongemak, woedeaanvallen, depressies, onbeheerst gedrag, angstaanvallen, maagzuur, zweten, ongeloof, twijfel aan eenieder, straatvrees, lange tenen en het geloof in het eigen gelijk. Bij de lezers. Scheldpartijen en een onbedwingbare drang om te reageren zijn waargenomen. Sommigen willen mij corrigeren. Of bedanken. Of prijzen. De drang om in verzet te komen is waargenomen, het abonnement op te zeggen. Sommigen besluiten de krant niet meer te lezen, of te boycotten. Er kwaad over te spreken. Te janken of te vloeken. De straat op te gaan om te demonstreren maar niet weten waartegen. Het boeddhisme de rug toe te keren. Of aan de drugs te gaan. En zo gaat het maar door.
Anna zegt
Tranen van ontroering! Dank je wederom
Johanna zegt
Dankjewel Joop,voor jouw prachtige observaties van vroeger en Nu!