• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst

Boeddhistisch Dagblad

Ontwart en ontwikkelt

Header Rechts

Twaalfde jaargang

Zoek op deze site

  • Home
  • Agenda
    • Geef je activiteit door
  • Columns
    • Andre Baets
    • Dharmapelgrim
    • Bertjan Oosterbeek
    • Dick Verstegen
    • Edel Maex
    • Emmaho
    • Goff Smeets
    • Hans van Dam
    • Joop Hoek
    • Jules Prast
    • Paul de Blot
    • Ramo de Boer
    • Rob van Boven en Luuk Mur
    • Ronald Hermsen
    • Theo Niessen
    • Xavier Vandeputte
    • Zeshin van der Plas
  • Nieuws
  • Contact
    • Steun het BD
    • Mailinglijst
  • Series
    • Boeddha in de Linie
    • De werkplaats
    • Recepten
    • De Linji Lu
    • De Poortloze Poort
    • Denkers en doeners
    • De Oude Cheng
    • Meester Tja en de Tao van Niet-Weten – alle links
    • Fabels door Goff
    • Cartoons van Ardan
    • Tekeningen Sodis Vita
    • De derwisj en de dwaas
  • Over ons
    • Redactiestatuut van het Boeddhistisch Dagblad
    • Redactieformule van het Boeddhistisch Dagblad
  • Privacy

Home » Columns » Blijde boodschap

Blijde boodschap

29 november 2020 door Henk van Kalken

Hij stond vaak al op de uitkijk voor het raam. ‘Há!’ riep hij dan strijdlustig.
‘Laat ze maar komen! Ik lust ze rauw!’ Het was een aanslag in voorbereiding op de toch al vaak zo breekbare rust in huis. En op zijn bloeddruk, dwars tegen alle onderdrukking door medicijnen in. Mijn moeder trok zich, alle deuren hermetisch gesloten tegen het aanstaande vocale geweld, in de keuken terug en wachtte gelaten tot de rust weer op onze woning neergedaald was.
Je zag ze al van verre aankomen. Twee heren in pak, waarvan er één een zwarte kantoortas droeg. Ze belden bij elke deur aan op het hofje waar ons gezin woonde in de Amsterdamse Watergraafsmeer. Inderdaad, onder de lichten van het oude Ajax-stadion, die je soms ’s avonds kon zien branden. De kopjes op tafel rinkelden op hun schoteltjes als er gescoord werd. En  nogmaals inderdaad: kleine Cruijff de Grote woonde twee straten verder. Een iel manneke, dat twee uur lang een bal, die tot zijn kniehoogte kwam hoog kon houden. Maar terug naar mijn vader en de wachtpost die hij in de erker voor het raam had betrokken. Zodra de twee heren koers zetten naar onze deur kon je mijn vaders ademhaling horen versnellen, alsof hij zich oppompte voor de komende slag. ‘Ik zal ze es effe wat vertellen,’ mompelde hij tussen zijn kunsttanden door. ‘Dingdong!’ sprak de bel, en voor de echo verklonken was, had mijn vader de deur al geopend. ‘Goedendag meneer, wij zijn van de Jehova’s Getuigen (een Wachttoren werd ietwat besmuikt omhoog gehouden, alsof de man zich eigenlijk een beetje schaamde) en wij wilden graag een moment van uw tijd om u iets over de blijde boodschap te vertellen, want ook voor u bestaat er verlossing.’ Je kon mijn vader dan astmatisch naar lucht horen happen, alvorens hij losbrak.
‘Zo! En hebben jullie niks beters te doen? Fatsoenlijke mensen zijn aan het werk. De arbeiders kunnen het voor jullie verdienen, terwijl jullie hier die onzin komen verkopen!’ Hij haalde diep adem en vervolgde retorisch: ‘ En wie betaalt dat?’ Allemaal met zijn inwendige geluidsversterker op vol vermogen.
‘Eh…’ kraste de meneer, die ondanks zijn ervaringen op dit gebied toch even overdonderd leek. ‘Die kerk van jullie heeft alleen maar ellende aangericht,’ hervatte hij. ‘Mensen onderdrukken en uitbuiten, dat kunnen jullie. Maar een fatsoenlijk stuk werk, is dat ooit uit jullie handen gekomen?’ Hij keek de bestropdaste heren vertoornd aan, terwijl zijn gelaatskleur richting gevarenzone ging. De stropdas met de tas schraapte zijn keel. Hij zag er zijns ondanks toch wat overdonderd uit. ‘Nou nee, ehm, ja meneer kijk, het zit dus zo…’ ‘De paus in Rome heeft een telefoon van zúiver goud!’ sneed mijn vader. ‘Waar is dat goed voor? Van zo’n telefoon kun je een gezin een jaar lang onderhouden! Wat zeg ik? Tien gezinnen!’ De andere stropdas, die van de Wachttoren, probeerde in mijn vaders betoog in te breken: ‘Meneer, wij zijn van een ander geloof…’ Eén potnat! bulderde mijn vader met een inmiddels rood hoofd. Beide heren deinsden iets terug en keken elkaar even aan. De tasdrager zei timide: ‘Dank voor uw tijd meneer, goedemorgen.’ Ze draaiden zich om en liepen, ietwat onzekerder dan ze richting mijn vaders voordeur koersten naar de volgende deur. ‘En knopen jullie dat maar eens een keer goed in je oren! riep onze huisdictator. ‘Gelovigen zijn kapitalisten! Uitbuiters!’ Hij sloot de voordeur met een klap, iets waarvoor wij altijd een reprimande kregen. Achteraf bleek hij altijd buitengewoon tevreden over zijn optreden. ‘Zo! riep hij ook deze keer nog nahijgend. ‘Daar hadden ze niet van terug!’
Dat dacht ik ook niet.
Toen ons gezin naar de Watergraafsmeer verhuisde, kwam, zo hoorde ik later, er een pastoor op bezoek. Mijn vader was als baby ooit door een tante heimelijk naar de R.K. kerk gebracht en zij had hem laten dopen. Omdat mijn grootouders fanatieke atheïsten waren vreesde tante terecht dat dopen er anders nooit van zou komen. In die tijd was je lid van de RK-kerk voor het leven. Ik hoorde achteraf dat de pastoor in kwestie zich, met zijn vingers in de oren, over zijn eigen rok struikelend, uit de voeten heeft gemaakt. Nadat mijn vader zich in bewoordingen die alleen Satan welgevallig zouden zijn geweest had uitgedrukt over zijn ongenoegen met het pastorale, onaangekondigde bezoek.
In die tijd was ik een tiener die zich in die fase juist afvroeg wat hij in vredesnaam deed op deze wereld. Nog wel eens, trouwens, maar dat ter zijde.
Eén ding wist ik zeker: ik zou nooit ofte nimmer langs de deuren gaan om te getuigen van welke blijde of droevige boodschap dan ook. Ik verloor mijn vertrouwen in dit soort boodschappen. Wel vroeg ik me af wat mensen als die stropdassen bezielde om toch langs ongastvrije deuren te gaan. Om zo’n boodschap af te geven, die in de oren van de bewoners achter de deuren meestal blij noch boodschap was? Oprecht mededogen met de zo moeizaam te bekeren onwillige goddelozen, of hopend op goedkeuring van hun geestelijk leider? Een plekje in de hemel? Of van alle drie wat? Mijn ouders’ buren waren minder assertief dan mijn vader, maar ook daar vertrokken de stropdassen onverrichter zaken, zag ik.
Op naar de volgende straat, op naar nieuwe afwijzingen.

Delen is rijkdom:

  • Twitter
  • LinkedIn
  • E-mail

Categorie: Columns, Geluk Tags: amsterdam, getuigen van jehova, stropdas, vader

Lees ook:

  1. Rooie mensen
  2. Het jaar 2020 – dag 301 – welbespraakt
  3. ZENZONDERZEN –  literatuur en verder – vader
  4. Dick – Mijn vader

Elke dag het BD in je mailbox?

Elke dag sturen we je een overzicht van de nieuwste berichten op het Boeddhistisch Dagblad. Gratis.

Wanneer wil je het overzicht ontvangen?

Primaire Sidebar

Door:

Henk van Kalken

Henk van Kalken heeft affiniteit met het boeddhisme (Kagyu) en is dzogchenpractitioner. 
Alle artikelen »

Ochtend- of avondeditie

Ochtend- of avondeditie ontvangen

Abonneer je

Elke dag gratis een overzicht van de berichten op het Boeddhistisch Dagblad in je mailbox.
Inschrijven »

Agenda

23 mrt
Zen Meditatie Introductie
23 mrt 23
30 mei
Vipassana meditatie Rotterdam
30 mei 23
Rotterdam
31 mei
Ontspanningsmeditatie Rotterdam (vipassana)
31 mei 23
01 jun
Rotterdam - geleide meditatie (vipassana meditatie)
1 jun 23
03 jun
Zen in Twente ochtend met Doin Sensei op 3 juni
3 jun 23
  • bekijk de agenda
  • De werkplaats

    De werkplaats.

    Boeddhistische kunstenaars

    Artikelen en beschrijvingen van en over het werk van boeddhistische kunstenaars. Lezers/kunstenaars kunnen zich ook aanmelden met hun eigen werk.
    lees meer »

    Pakhuis van Verlangen

    In het Boeddhistisch pakhuis van verlangen blijven sommige teksten nog een tijdje op de leestafel liggen.

    Hein Thijssen – ‘God was gewoon een implantaat’

    Joop Ha Hoek - 29 mei 2023

    ‘Wanneer precies weet ik niet meer, maar op een bepaald punt in mijn leven brak mijn kritische geest open. Ik kan me ook niet meer herinneren hoe en op grond waarvan, maar er brak een periode aan waarbij ik me serieus begon af te vragen: hoe kom ik aan het begrip god’? God zat in mijn hoofd als een vage, vormloze massa. Ik moest toen heel nuchter vaststellen dat het begrip ´god´ geen weten was, geen ervaring, maar mij door mensen in  mijn omgeving was aangepraat, in mijn geest was geplant. God was gewoon een implantaat.´

    Waarover praten we als we het over identiteit hebben?

    Kees Moerbeek - 28 mei 2023

    Zolang de identiteitsstrijd werd gevoerd uit naam van gemarginaliseerde of als minderwaardig beschouwde minderheidsgroepen, stond deze op het programma van links. Zodra de referentiegroep echter een meerderheid werd, of een groep die zichzelf superieur opstelde naar andere groepen, werd het bestempeld als een rechts of extreemrechts geluid.

    Daoïsme, de mystieke traditie, een bloemlezing

    Erik Hoogcarspel - 27 mei 2023

    Jan de Meyer (1961) is sinoloog en vertaler. Hij doet al 40 jaar onderzoek naar het daoïsme en hij heeft een nieuwe bloemlezing geschreven van de belangrijkste teksten van het daoïsme. De meeste lezers zijn al bekend met twee beroemde teksten uit deze Chinese traditie: de Laozi en de Zuangzi. Beide teksten zijn al verschillende malen in het Nederlands vertaald, onder andere door de bekende sinoloog Kristoffer Schipperṣ.

    ‘Meebewegen met wat er is’

    gastauteur - 15 mei 2023

    Als het gaat om dak- en thuisloze mensen wordt er door de maatschappij merendeels nog vanuit 'schuld en eigen verantwoordelijkheid' gedacht. Men heeft vaak het verkeerde idee dat iedere persoon in Nederland eigen verantwoorde keuzes maakt en dus verantwoordelijk is voor diens eigen lijden. Of men denkt dat het heel makkelijk is om een uitkering aan te vragen. De gewone burger weet niet hoe het is voor iemand die in een totaal andere realiteit zit.’

    Ras – nutteloze, kwaadaardige onzin

    Kees Moerbeek - 14 mei 2023

    Angela Saini heeft voor haar boek Superieur: de terugkeer van de rassentheorie zo’n beetje alle literatuur over rassenwetenschap doorgespit, schrijft ze. Veel genetici menen dat als genetica bewijst dat er nauwelijks reden is om rassenonderscheid te maken, het dus snel afgelopen zal zijn met racisme. Was het maar waar. Racisme is juist een sociale constructie met een enorme invloed, constateert ze.

    Meer onder 'pakhuis van verlangen'

    Footer

    Boeddhistisch Dagblad

    over ons

    Recente berichten

    • Het paradijs is de kosmische grap
    • Over de Lotus-soetra (23): De parabel van de man die naar water graaft
    • Hein Thijssen – ‘God was gewoon een implantaat’
    • haiku
    • Tussen veranderlijk en onveranderlijk vind je de deur naar non-dualiteit

    Reageren

    We vinden het geweldig om reacties op berichten te krijgen en op die manier in contact te komen met lezers, maar wat staan we wel en niet toe op de site?

    Over het BD

    Het Boeddhistisch Dagblad is een onafhankelijk journalistiek webmagazine over boeddhistische thema’s en inzichten.
    Lees ons colofon.

    Zie ook

    • Contact
    • Over ons
    • Columns
    • Reageren op de krantensite

    Het Boeddhistisch Dagblad is een onafhankelijk journalistiek webmagazine over boeddhistische thema’s en inzichten. Lees ons colofon.

     

    Op deze website gebruiken we cookies voor het bijhouden van bezoekersstatistieken.  Via de instellingen kun je bepalen wat je wel of niet toestaat: bekijk je instellingen.

     

    Privacy en cookies

    Op deze website gebruiken we cookies voor het bijhouden van bezoekersstatistieken en als je reageert: je naam en mailadres.

    Zo houden we bij hoe de site gebruikt wordt en hoe vaak.

    Hier kun je instellen welke cookies je wel of niet toestaat.

    Noodzakelijke cookies

    Met deze cookies slaan we je voorkeuren in het gebruik van deze website op.

    If you disable this cookie, we will not be able to save your preferences. This means that every time you visit this website you will need to enable or disable cookies again.

    Privacy

    Bekijk wat we wel of niet doen met je gegevens