Ping, hoorde ik uit de luidspreker van de PC komen. Een boodschapje uit de agenda. ‘Oma dood 1983’, las ik. Ik moest lachen en haalde zonder enige moeite het beeld van mijn oma Trui naar boven. Al 35 jaar dood, wat lang geleden al en toch weer niet. Ligt oma in een doos, vroeg mijn dochtertje toen we aan het open graf stonden.
Ik was laatst bij mijn zus en het gesprek kwam weer op oma Trui. Onze onvoorwaardelijke vriend die rookte en zelf advocaat maakte. Die een geheimpje wist te bewaren en met wie je alles kon delen. Naar wie je je nieuwe vriendje of vriendin meenam. Als oma okay zei wist je dat het in orde was. Ik weet niet of ze wedergeboren is, ik hoop eigenlijk van wel. Het zou fijn zijn als een ander mijn oma heeft en met haar praat en geheimen deelt.
Dag lieve oma, bedankt dat ik u mocht kennen.
Moedig voorwaarts!