Het zal niet eerder gebeurd zijn dat je zes meter onder de groene zoden ligt en dan toch nog monter en optimistisch de nieuwe dag kunt begroeten. Mij overkwam dat vanmorgen wel. In het kader van het boeddhistisch experiment Boeddha in de Linie sliep ik afgelopen nacht in een bomvrije bunker van Werk aan het Spoel, in de uiterwaarden van de Lek bij Culemborg.
Eerder deze week zag ik erg tegen het proefslapen op, na op een late avond op het terrein rond die bomvrije bunker de stikdonkere nacht en dito eenzaamheid te hebben aanschouwd. Maar gisteravond laat was die bevreemding verdwenen en ging ik schijnend met mijn zaklampje, als een grote glimworm, de confrontatie met mezelf aan. Een super retraite in nog geen elf uur. Het was binnen en buiten eenzaam en stil, enkele vogels riepen, er dreigde vorst en de hemel was wolkeloos. Met al die miljoenen sterren die manen tot kalmte en zelfbeschouwing. Een millimeter ik, onder dat firmament.
De hele nacht brandden er twee waxinelichtjes voor het beeld van de Verhevene, de Boeddha, mijn leraar en grote vriend. Ze wierpen een schaduw tegen de gekromde stenen wand en waren een baken voor als ik- voor wat ook, mijn bed uit moest. Voor het slapen gaan lag ik nog een paar minuten te mijmeren over de gebeurtenissen van de afgelopen dag, de ellende die mensen elkaar bezorgen, de leuke dingen, de ervaring dat ik er mag zijn. Tot het opeens tot me doordrong: ik lig verdikkeme onder een berg aarde van wel zo’n zes meter hoog. Een aardbevinkje en ik word geplet. En toen kwam Klaas Vaak en leidde mij het dromenland binnen. Tot vanmorgen honderden vogels mij vanmorgen wekten. De dag was weer begonnen, zoals blijkt uit dit filmpje.
Bezoek ook de Facebookpagina voor actuele informatie
Het decor waarin het project Boeddha in de Linie plaatsvindt is grillig, nat en koud. In de soms woest wilde dan weer lieflijke uiterwaarden van de rivier de Lek, tussen Culemborg en Everdingen, ligt Werk aan het Spoel. Een zogenoemd kunstfort dat onderdeel uitmaakt van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Met veel bunkers, die onvergankelijk lijken. Het project symboliseert de natuurlijke zoektocht; van het smeltwater van de Alpen dat door de uiterwaarden de weg naar zee vindt; van de ganzen, scholeksters en lepelaars uit Afrika naar hun broedplaats.
De kunstenaars zijn niet van de buitenwereld afgesloten. Overdag zoeken wandelaars de ruige omgeving op. De nachten zijn donker en stil. Het is geen plek voor bangerikken. De kunstenaars werken in een atelier en slapen in een bomvrije bunker, met net dat beetje comfort dat ze heel erg naar hun eigen bed doet verlangen. Maar waar ze eventueel met mooi weer ook in kunnen werken.