Midden in de nacht zit ik met Seraphine op het bankje achter mijn huis. We kijken omhoog, er is een maansverduistering. Het is september 2015 en nog zacht weer. Seraphine heeft een dekentje omgeslagen. Het was haar idee om de wekker te zetten om half drie en naar de maan te kijken. Mijn eerste reactie was niet enthousiast: midden in de nacht opstaan… Maar op het moment dat ik dat wil zeggen, stop ik opeens. Ik herinner me mijn belofte aan Tree, een vriend, om – vooral nu – overal een feestje van te maken. Natuurlijk gaan we kijken, zeg ik tegen Seraphine, en ik ga koffie zetten en lekkere broodjes klaarmaken, we maken er een feestje van! Seraphine glimt van plezier en gaat op internet allerlei weetjes opzoeken, hoeveel kilometer van de aarde en welke baan en waardoor er wat verduistert, ze is in haar element. Ze houdt er van, om die dingen te weten. Het wordt een van de mooiste nachten van mijn leven. Ik zit met Seraphine te kijken naar een groot mysterie, de maan, het uitspansel, en we weten allebei dat Seraphine binnenkort de aarde gaat verlaten. Maar kijkend naar de maan, verandert mijn perspectief. Seraphine gaat, en ik blijf hier wat langer, maar dit is niet meer zo zwaar of belangrijk.
Wie begeleidt wie in deze maanden?
Seraphine is een collega. Ze heeft leukemie. In de zomer en het najaar is zij vaak bij mij. Bij mij is alles gelijkvloers, en dat is makkelijk voor haar. Ze houdt van Broekerhaven, waar ik woon. Ze wandelt graag naar het haventje met de schuitenlift, of neemt de trein naar Enkhuizen om daar bij de haven te kijken naar de schepen. Ze kan heel lang over het water turen. Ze zit vaak op het bankje achter mijn huis, te kijken naar de bloemen, vlinders en torretjes. Ze neemt alles heel aandachtig op. We zeggen weinig, Seraphine is geen prater. Ik stel mijn hart open, er is een woordloze communicatie.
De eerste avond dat Seraphine bij mij logeerde was ik ontzettend verdrietig. Ik vond het onverdraaglijk dat Seraphine beneden lag en dood zou gaan. Dat er iemand in mijn huis was, die dood zou gaan, ik kon het niet bevatten. Ik belde laat in de avond zachtjes met een wijze en lieve vriend, Tree, die tijdelijk in Israël woont. Hij luisterde rustig en toen zei hij: Vergeet niet, dat dit jouw pad niet is. Jij gaat niet dood. Seraphine gaat dood. Maak van elke dag een feestje, geniet van alle momenten.
Het is een wat vreemde raad, maar het werkt. Ik vraag vaak aan Seraphine: Waar heb je nu héél erg veel zin in? Ze denkt dan na en zegt: warme chocolade met slagroom, bij de houtkachel. Of : een glaasje wijn met een stukje kaas. Ze eet muizenhapjes en nipt van alles, maar ze kan intens genieten van die momenten en ik met haar. Wie begeleidt wie?
We zitten vaak aan het water. In een baaitje aan het IJsselmeer, waar voor de afsluiting van de toen nog Zuiderzee, zeehonden lagen te zonnen. De mensen in het dorp noemden het : de hondenhemel en zo heet het nog altijd, al zijn de zeehonden verdwenen. Het is een fijn plekje en we zitten er graag. Seraphine staat lang in het water, ze heeft veel last van haar voeten en dit helpt een beetje.
Het gaat nu snel achteruit, de pijn wordt erger en Seraphine gaat op bezoek in een hospice, waar ze het fijn vindt en terecht kan over een paar maanden. Regelmatig komt ze logeren, maar haar krachten nemen af. De hondenhemel halen we niet meer. Op een maandagochtend gaan we aan tafel zitten en schrijven brieven en mails om lidmaatschappen en abonnementen op te zeggen.
Seraphine gaat nog een reisje met haar zus maken, maar ze is te moe. Het hospice haalt ze niet: ze overlijdt in december. Vlak voor haar dood heeft ze lang naar de zon gekeken, vertelt haar zus bij de begrafenisdienst. Ik vertel daar over de maan, en zo komt alles weer bij elkaar.
De zorg voor Seraphine kwam op mijn pad, onverwacht, en heeft mijn leven veranderd. Ik heb mijn baan opgezegd en ben een zorgverblijf gestart. Ik volg sinds januari een opleiding in stervensbegeleiding. De opleiding geeft een verdieping aan mijn ervaringen.
Steeds vaker denk ik: wat is er toch gebeurd in die zomer en dat najaar? Haar ziel heeft de mijne gezocht, of andersom, er is van alles bedisseld en geregeld tussen die twee, waar ik geen notie van had. Wie begeleidde wie?