Geweldloosheid is een van de boeddhistische levenshoudingen. Het is goed om te beseffen dat er is in de eerste plaats het kleine dagelijkse geweld is wanneer we onze irritatie of kwaadheid op een ander gooien. De meeste mensen veroordelen fysiek geweld. Maar alleen al met woorden kunnen we een ander even diep kwetsen.
Geweld is één van de basisoorzaken van lijden. Hier kunnen we dus Boeddha’s remedie toepassen: de vier Edele Waarheden in de praktijk brengen. Allereerst erkennen dat we gewelddadig zijn. Daarna onderzoeken wat de diepere oorzaken van onze agressie zijn. Dan komen we uit bij een primitief mechanisme dat lijkt op wat ik zag toen ik met mijn kleine kinderen in de zoo meemaakte hoe nijlpaarden zich ontlasten. In het bassin van de nijlpaarden begon er één te kakken. Tegelijk met de ontlasting zwiepte het zijn staart rond in cirkels, zoals een helikopterschroef. We moesten achteruit springen om niet overdekt te worden met poep. Later las ik dat het dier op die manier zijn territorium afbakent.
Veel agressie is in feite territoriumstrijd. We hebben een kinderlijke behoefte aan almacht en dus controle over de ander. We worden agressief als we niet krijgen wat we willen, als we ons niet echt begrepen voelen, als we niet worden erkend. Dit besef omzetten in opkomen voor wat we echt nodig hebben, is een derde stap, het transformeren van negatieve energie in positieve.
De vierde Edele Waarheid is leven volgens de juiste, voedende waarden. Naast de individuele verantwoordelijkheid die voor onze agressie dragen, is het goed om te beseffen op welke gewelddadige waarden deze maatschappijvorm zich baseert. Een van de belangrijkste waarden is succesvol zijn. Dat houdt in dat we assertief moeten zijn, ons bewijzen en ‘concurrenten uitschakelen.’ Onze norm is de geslaagde zakenman, stijlvol in maatpak, maar geslepen en zonder mededogen voor wie zwakker is.
De minder succesvolle man probeert de norm te benaderen door zoveel mogelijk te verdienen of op een andere manier zijn macht en status te etaleren. De nog minder succesvolle man probeert de norm te benaderen door fysieke macht uit te oefenen over wie nog ‘zwakker’ is: vrouwen, homo’s, migranten…
Uit onderzoek blijkt dat ‘de’ man biologisch niet geprogrammeerd is om dominanter en agressiever te zijn dan een vrouw. Mannelijk geweld komt voort uit onzekerheid van wie de mannelijke norm niet haalt. Geweldplegers zoals verkrachters en terroristen willen bewijzen dat zij geen loser zijn, ook al betekent hun winnen enkel vijftien minuten glorie. Onze overheden reageren met hetzelfde geweld: de verkrachter krijgt gevangenisstraf, de terrorist de kogel, zonder enig inzicht in hun motieven.
Zoals voor elk van ons is de uitdaging voor wie gewelddadig is om onzekerheid te transformeren in het onder ogen zien van de fundamentele onbestendigheid van ons bestaan. Dat is een les in nederigheid en mededogen met anderen. Die anderen zijn de meerderheid van mensen die niet enkel succes of loser zijn, maar die enkel met vallen en opstaan een goed, waardig, zinvol leven proberen te leiden.
Piet Nusteleijn zegt
De oorzaak van geweld?
We willen allemaal “wat zijn”. We willen allemaal wat in de melk te brokkelen hebben. We willen, hoe dan ook, betekenis hebben. We willen de hoogste positie bereiken op de maatschappelijke ladder. In ieder geval zo hoog als mogelijk is. Hierop is opvoeding en onderwijs gebaseerd. We worden gewelddadig. Het is een feit.
Is het de onzekerheid die we moeten transformeren? Xavier, is de onzekerheid de basis van het gewelddadig gedrag?
katrien Sercu zegt
Naast jouw vraag, Piet: ‘Is de onzekerheid de basis van het gewelddadig gedrag?’ vraag ik me af of het niet eerder de manier is waarmee we met onze onzekerheid omgaan, die de basis kan zijn voor gewelddadig gedrag. Als ik kan zien, voelen en accepteren dat ik onzeker en bang ben en daar bij blijf, punt…dan hoeft daar geen geweld van te komen.Geweld zit in onze genen, onze opvoeding, in het verlangen om iemand te zijn, een identiteit te hebben…en dat verdedigen of veroveren we. Onzekerheid kan ons ook helpen, om dat alles in vraag te stellen: moet ik ‘iemand’ zijn?
Piet Nusteleijn zegt
Katrien, een vroegere leraar op de middelbare school uitte zijn heftigste kritiek op zijn leerlingen op deze manier. Hij citeerde De Genestet: “Wees uzelf zei ik tot de ander, maar hij kon niet, want hij was niemand”. Tot op de dag van vandaag loop ik met deze zin rond. De leraar had niet mijn sympathie. Ik bedacht dat het daarom wel’ s goed zou zijn om
“Niemand” te zijn. Later hoorde ik, was het Freek de Jonge?: “Niemand is gelukkig, wees niemand”. Dat vond ik wel een hele goeie van hem. Een fikse nadenker.