De patiënten van psychotherapeut en boeddhist Guido Machielsen hebben er een neus voor of hij in het contact met hen echt is. Ze verwachten dat hij dicht bij hen is, maar ook op afstand de therapeut blijft. In die subtiele omgeving van luisteren en praten reiken de patiënten Guido handvatten aan om hun genezingsproces te bevorderen.
‘Ik leer veel van mijn patiënten met wie ik werk binnen de antroposofische Lievezorggoedgroep. Dicht bij mezelf te blijven, authentiek zijn. Echt het contact met hen aangaan, betrouwbaar en beschikbaar zijn. Als mens zijn we in therapie gelijkwaardig, maar we hebben een ongelijkwaardige relatie. Iemand heeft mij gevraagd hun therapeut te zijn. In die rol heb ik een bepaalde invloed op hun denken en handelen. Al ben ik niet verantwoordelijk voor het gedrag van mijn patiënten, wat ik doe of zeg heeft wel effect op deze kwetsbare, soms verwaarloosde mensen. Ik ben niet hun redder of iemand die bepaalt hoe ze hun leven moeten inrichten. Maar ik voel wel een bepaalde verantwoordelijkheid voor hen. Bij de een, die dat nodig heeft, meer dan bij de ander. Daarom wil ik in mijn interventies oplettend en heilzaam zijn. Dat vergt veel mindfulness.’
‘Mijn beroep voedt mijn inzicht en mededogen, elke dag weer. Mensen delen soms hun diepste emoties en ervaringen met mij, omdat ze zich door mij niet afgewezen voelen. Veel patiënten hebben een negatief zelfbeeld, voelen zich dom, lelijk of een slechte vader, moeder of partner. Ik oordeel niet, maar luister en ben aandachtig present. Daarin ondersteunt mijn boeddhistische meditatie mij ook. Er zijn in het moment. Als het nodig is vertel ik iets over mijn eigen ervaringen, maar alleen als dat de patiënt helpt. Overigens voel ik me geen pop aan een touwtje die aan alle kanten met de patiënt mee beweegt. Ik ben er niet om aardig gevonden te worden.’
‘Weet je wat voor mij zo enorm belangrijk is, ik vind patiënten gewoon leuk. Ze voelen dat ik iets met ze heb. Ook al halen ze rotstreken uit en heb ik voor de een wat meer sympathie dan voor de ander, ik voel dat elk mens een boeddhanatuur in zich heeft, een fundamentele goedheid. Ik heb als therapeut zeven jaar met een dadergroep gewerkt. Met mannen die voor het eerst in hun leven seksueel grensoverschrijdend gedrag vertoonden. Ik weet nog dat ik de eerste keer dacht, o jee, dit gaat niet goed, ik krijg te maken met psychopaten. Ik heb toen heel erg geleerd om hen te zien als dader van een onheilzame handeling. Maar ook als mensen met een goede grond in zich, die geen levenslang hebben. In het kader van juist levensonderhoud zag ik het belang om de dader ook weer mens te laten worden. Om hem daarin te begeleiden, ook om te voorkomen dat hij weer opnieuw slachtoffers maakt.’
‘Waarom plegen ze die daden, is het karma dat ze drijft? Ik weet het niet. Vanavond nog spraken we tijdens een groepstherapie over jaloezie, begeerte en afgunst, die sterke drijfveren zijn voor het plegen van die daden. Als je een gevoel hebt voor juist ethisch handelen, werkt dat beschermend. Maar er zijn ook mensen met een goed ontwikkelde gewetensfunctie die normen overschrijden. Door omstandigheden werkt die dan minder. Als psycholoog houd ik me niet bezig met schuld en boete. Ik ben meer voor behandelen dan voor straffen. Daders zijn ook slachtoffer van hun eigen daderschap. Ik heb meegemaakt dat plegers van ernstige delicten, zoals incestplegers, in hun schaamte zijn gaan zitten. Ze zijn de diepe confrontatie met zichzelf aangegaan, hebben het in het gezicht gekeken, diepe spijt ontwikkeld, een zuivering ondergaan. Is het karmisch? In de groep noem ik het niet zo. Maar ze zijn gewoon schoon.’
‘Voor een groepsgesprek is veel moed nodig. Maar het werkt enorm zuiverend en helend. Daarin is er ook een link met het boeddhisme, om dingen zo open mogelijk tegemoet te treden. Bijna met een kindermind je open stellen en er in gaan zitten. Dat gebeurt ook in een goede therapie, dat van alles op tafel komt. In mijn opleiding heb ik in leertherapie zelf in de rol van patiënt gezeten. Als therapeut is er veel werk aan jezelf nodig, voordat je aan de slag kan. Ik kwam bij mezelf vergelijkbare dingen tegen als nu bij mijn patiënten. Zoals hoe moeilijk het is om over bepaalde zaken te praten. Bijvoorbeeld over seks, of over de mislukkingen in je leven. Ik ervoer dat ik ook schaamte en gene ken. En hoe belangrijk een juiste houding van de therapeut is voor de patiënt.’
‘De boeddhistische psychotherapeut bestaat niet. Ik ben boeddhist en psycholoog, het boeddhisme was er eerder dan mijn studie. Maar ze zijn beiden mijn ding, het zit er van nature in. Van jongs af aan vroeg ik me af, waar gaat het over in het leven, in mijn leven? Hoe komt het dat mensen verschillend reageren op dezelfde omstandigheden? Het boeddhisme heeft voor mij een ongelooflijke rijkdom en diepte en geeft duidelijke antwoorden. Het geeft inzicht in de realiteit van het menselijk bestaan. En duidelijkheid om mijn eigen leven en dat van anderen te snappen. Boeddhisme en psychotherapie zijn beiden gericht op de ontwikkeling van de geest. Je moet eerst leren zwemmen en een stabiel persoon worden. Dat doen we met psychotherapie, die heelt de geest. Het volgen van het boeddhistische pad zuivert hem. Een meer geheelde geest is een voorwaarde voor de zuivering ervan, kun je stellen.’
‘De meerwaarde van het boeddhisme in de psychotherapie is voor mij een open, aandachtige houding in de contacten met de patiënt. Ik zie iemand die streeft naar geluk en beëindiging van het lijden. Met een mogelijkheid tot ontwaken. Iedereen heeft in zijn diepste kern een boeddhanatuur, een fundamentele goedheid, en we zijn als mensen in feite allemaal verward en beperkt wetend. Uit het boeddhisme bied ik mijn patiënten methoden aan als loopmeditatie, mindfulness en metta, liefdevolle vriendelijkheid. Metta gebruik ik ook in de mindfulness sessies. De deelnemers vinden het soms erg moeilijk om die liefdevolle vriendelijkheid naar zichzelf te ervaren. Dan zeg ik, stel je eens voor dat er een stralend lichtend wezen naast je staat. Of een beschermengel, onmetelijke liefde, nou dat raakt ze diep. Soms is het voor het eerst in hun leven dat ze zoveel spirituele goedheid ontvangen.’
‘Groepsgewijs doe ik mindfulnessoefeningen met patiënten met een persoonlijkheidsproblematiek. En ik ervaar hoe ze dat verandert. Ze noemen zich vriendelijker, minder oordelend. Zachter en opener, ze voelen zich meer als mens dan als patiënt aangesproken. Het is fantastisch om te zien hoe soms erg gestoorde mensen opbloeien als ze aangesproken worden op hun gezonde kanten. In die sessies ben ik als therapeut persoonlijker. Dan vertel ik dat ik zelf het boeddhisme beoefen, welke flaters ik maak. Dat ik worstel met elke dag meditatie. En dat ik me soms een salonmeditator voel. Of dat ik ook wel eens in slaap val tijdens een meditatie. En over de oordelen die ik over mezelf heb. Dat is zo bevrijdend voor die patiënten. Dat je mag blunderen in het leven. Maar ik vertel ze ook dat het bij mindfulness uiteindelijk gaat om de integratie in je leven. Dat als ze maar een paar procent meer mindful zijn dat de kwaliteit van hun leven echt kan bevorderen.’
bart zegt
Deze geitenwollensokken methode is toch niet echt serieus bedoeld, het is toch een grapje?
Joop Ha Hoek zegt
Bart, wanneer kom je nu eens met een inhoudelijke reactie, en niet met flauwe en niet te begrijpen oneliners.
Han zegt
@bart Indien je zonder oordelen aandachtig bent en kritisch onderzoek doet vind je wellicht de waarheid.
Ignaas Bongers zegt
Dank voor dit artikel waarin ik vanuit mijn GGZ werk én boeddhist zijn, veel herkenning vind.
Er is gelukkig binnen de zorg meer en meer aandacht voor het boeddhistisch gedachtengoed is mijn dagelijkse ervaring.
De DSM, de diverse classificaties en behandelmethodieken daaruit voortkomende zijn vaak weinig intrinsiek. Bovenstaand artikel laat zien dat de relatie en het (wederzijds) vertrouwen met name de heilzame factor en sleutel tot verbinding is. Dat is een groot goed is mijn mening.
Kay zegt
Als psychotherapie en boeddhisme zijn zoals in dit artikel gesteld zijn dan gaat het om dezelfde oppervlakkigheid. Dan is boeddhisme een mystifiserend masker en verdien model voor psychotherapeuten zonder noemenswaardig toevoeging.
Louis zegt
Als het niet waar is en niet behulpzaam, zeg het niet
Als het niet waar is en behulpzaam, zeg het niet
Als het waar is en niet behulpzaam, zeg het niet
Als het waar is en behulpzaam, wacht op het juiste moment om te spreken.
Boeddha
Kay zegt
Echte kennis kan niet verkregen worden door denken en roeren in de modderpoel van emoties door therapeuten of hulp zoekenden. Het komt door wat je bent en wat kunt worden.