Vanmorgen was Chef bij de garage- bijna had Chef geschreven zijn garage maar die is niet van hem om het slot van de achterklep van de samengestelde delen die een auto vormen te laten vervangen. Na de reparatie bracht de chef werkplaats hem naar zijn auto. Dat doen ze daar altijd. Chef komt al 34 jaar in die garage. Onderweg ging het gesprek over het verleden. De chef zei tegen Chef dat oud worden het voordeel heeft dat je veel hebt meegemaakt- in welke vorm dan ook, of dat je je bewust bent van de gang van zaken in de wereld, dat kan natuurlijk ook. Je leeft in het nu en ook in het verleden. Het verdiept je toekomst en zorgt voor rust en bescheidenheid. Beide chefs moesten er een beetje om lachen. Chef moest denken aan de vele leasewagens die hij aan gort had gereden tijdens zijn werk als politieverslaggever. En ze liet vervangen door de garage van de chef.
Onderweg naar Bunkerstad dacht Chef terug aan de documentaire over de cineast Paul Verhoeven, die momenteel in Frankrijk furore maakt en die hij gisteravond zag. Verhoeven vindt dat je nooit moet zeggen dat iets niet kan. Alles kan tot het tegendeel bewezen is. Zoals over water lopen, dat kan niet. Verhoeven is atheïst, Chef ook. Verhoeven liep twintig jaar colleges en doceerde ook theologie. Hij vindt dat verschijnsel interessant, geloven in sturing van een hogere macht. Een soort regisseur. Chef volgde zes jaar lang intensief christelijk onderwijs, maar heeft nooit in een God gelooft. Van aanbidding moet hij niets hebben, hij is liever autonoom.
Dat christelijk onderwijs heeft sporen nagelaten in het brein van Chef, overlapt zijn denkbeelden over het boeddhisme. Hij is daar tevreden over. Waar het boeddhisme het af laat weten omdat Chef niet gelooft in bovenaardse wezens, goden en godinnen in het boeddhisme vult het christendom de gaatjes. Hoewel dat ook barst van de wonderen. Het zijn de samengestelde religies die Chef vormen.