Dichter Tjitske Jansen (1971) schrijft in haar werk ook over haar intense verblijf in het boeddhistische klooster Samye Ling in Schotland en haar contact met de Tibetaanse leraar Akong Rinpoche. Ze werkte als marktkoopvrouw, serveerster, administratief medewerkster en kokshulp en volgde een beeldende-kunst- en theateropleiding en studeerde af als theaterdocent. Ze schrijft theaterteksten en poëzie. Ze las haar werk in binnen- en buitenland voor op radio, tv, festivals, scholen en universiteiten, maar ook in huiskamers, bejaardentehuizen, gevangenissen en psychiatrische inrichtingen. Van Terschelling tot Kaapstad, op onder meer Lowlands, Saint Amour en de Nacht van de Poëzie.
Van Het moest maar eens gaan sneeuwen (2003), haar eerste bundel, zijn inmiddels meer dan 15.000 exemplaren verkocht. Het is het best verkochte Nederlandse poëziedebuut sinds Neeltje Maria Mins Voor wie ik liefheb wil ik heten (1966). In 2007 verscheen haar tweede bundel Koerikoeloem, die werd bekroond met de Anna Bijns Prijs 2009.
In haar debuutbundel keek ze met de ogen van een kind naar haar ervaringen in heden en verleden. In Koerikoeloem, bekroond met de Anna Bijns Prijs, beschreef ze haar persoonlijke geschiedenis in sprookjesachtige observaties. Ook haar nieuwe boek, Voor altijd voor het laatst, heeft een persoonlijke inslag maar voor het eerst drukt Tjitske Jansen zich uit in proza. Met scherpe blik en een ontluisterend oog voor detail schetst ze een jeugd waarin grote keuzes gemaakt moeten worden. Ze schrijft ook over haar intense verblijf in het boeddhistische klooster Samye Ling in Schotland en haar contact met de Tibetaanse leraar Akong Rinpoche.
In het programma De Nachtgast van de boeddhistische radio praat Marlous Lazal met Tjitske Jansen onder meer over haar jeugd in het gereformeerde Barneveld, schaamteloosheid, psychiaters en dominees en de vraag of vroeg opstaan in een boeddhistisch klooster nu meer of minder lijden veroorzaakt.
Tjitske Jansen woonde lange tijd in Schotland en tegenwoordig in het Willem Witsenhuis in Amsterdam. Dit voormalige atelier van Willem Witsen wordt schrijvers ter beschikking gesteld als woonruimte.