In september gaat nu echt de ambtsopleiding voor boeddhistisch geestelijk verzorger van start. Loes Liemburg sprak met André van der Braak, zenboeddhist en een van de oprichters van de opleiding, en met Marianne van Runnard Heimel, masterstudent.
“De opleiding bevalt goed, maar je kunt wel merken dat wij de eerste lichting zijn,” zegt Marianne opgewekt. Zij levert binnenkort haar scriptie in en begint daarna aan de ambtsopleiding. “Wij hebben wel veel feedback gegeven, ik denk dat het voor de studenten na ons alleen maar beter kan worden!”
De nieuwe ambtsopleiding is een postdoctoraat dat volgt op een bachelor- en mastertraject aan de Vrije Universiteit Amsterdam. In de bachelor Religiewetenschappen kun je sinds 2012 de specialisatie ‘boeddhisme’ kiezen; de master Spiritual Care heeft sinds vorig jaar ook een boeddhistische aftakking. De eerste lichting van masterstudenten met de boeddhistische specialisatie is nu aan het afstuderen.
Wat is de meerwaarde van zo’n ambtsopleiding, als de geestelijk verzorger in spé er al vier jaar studie op heeft zitten?
André van der Braak: “De master is eigenlijk te kort, je leert er de basis van het vak van geestelijk verzorger, gespreksvoering bijvoorbeeld. Het postdoctoraat is een verdiepingsjaar waarin de focus echt op het boeddhisme ligt. Het is dus een traditiespecifiek vervolgjaar, terwijl je in de master nog samen met christenen, moslims en hindoes studeert.”
Zelf heb ik een premaster geestelijke verzorging gedaan, in Groningen. Daar lag de nadruk op hospices en verzorgingstehuizen, maar aan de VU lijkt er meer nadruk te liggen op gevangenissen. Hoe komt dat?
“Binnen de opleiding is die nadruk er niet, wel is het zo dat de opleiding is voortgekomen uit een wens van het Ministerie van Justitie. Bij de gevangenissen zijn ze het verst met het in dienst hebben van boeddhistische geestelijk verzorgers, en die moeten wel een opleiding hebben. Dat is historisch zo ontstaan: er was eens een boeddhistische gevangene die boeddhistische bijstand wilde. Toen is het balletje gaan rollen, ook vanuit het idee van gelijke behandeling van alle religies. Er lopen nu zes boeddhistische geestelijk verzorgers rond in gevangenissen. Maar onze studenten gaan overal op stage: ziekenhuizen, verzorgingstehuizen, in de verslaafdenzorg…”
Marianne van Runnard Heimel: “Ik heb maandag mijn laatste stagedag bij de politie. Het was leuk, mijn stagebegeleider is een protestantse geestelijk verzorger, die vond het wel interessant dat ik boeddhist ben. Hierna wil ik ook niet in de zorg terecht komen, want ik wil met vitale gezonde mensen met zingevingsproblemen werken: ik wil het bedrijfsleven in. De politieagenten hadden door hun werk soms met heftige situaties te kampen, maar meestal ging het gewoon om problemen zoals jij en ik hebben: burnout, relatieproblemen, ontslag. Geestelijke verzorging in het bedrijfsleven bestaat nog niet, daarin ben ik dus een pionier.”
In de opleiding ligt er veel nadruk op rituelen. Aan welke boeddhistische rituelen moet ik daarbij denken?
AvdB: “Rituelen zijn in de geestelijke verzorging van groot belang, bij een overlijden gebruiken we herdenkingsrituelen bijvoorbeeld. Maar het is natuurlijk niet zoals in de sangha, want als geestelijk verzorger sta je in een neutrale ruimte. Dus hoe pak je dat aan? Voor ons is het ook pionieren: het vak is nog nieuw. Hoe vertaal je een traditie naar die specifieke situatie?”
Dus eigenlijk moet dat binnen de opleiding nog zelf vorm worden gegeven?
“Ja, de toekomstige studenten zijn zelf ook pionier. Sowieso is er niet één boeddhistisch ritueel wat alle geestelijke verzorgers moeten kennen.”
MvRH: “Het Westers boeddhisme is ook niet zo van de rituelen. Wierrookstokjes branden vind ik ook wat achterhaald! We nemen wel toevlucht, branden een kaarsje, maar mensen die het boeddhisme gewoon mooi vinden rennen weg als ze dat zien. Je moet rituelen op elke situatie aanpassen. Wat een ritueel zou kunnen zijn, is ieder gesprek beginnen met mediatie, voor meer gronding.”
Het lijkt me wel lastig dat je binnen het boeddhisme veel verschillende stromingen hebt.
AvdB: “Studenten moeten met al die stromingen vertrouwd zijn. Ze kunnen niet zeggen: ik ben van zen, ik heb niks te maken met het Tibetaans boeddhisme. Ze moeten het overzicht hebben, niet denken: dit is het ware boeddhisme. Maar ze putten natuurlijk wel uit hun eigen traditie, ze doen oefeningen uit hun eigen boeddhistische bron. Vanuit hun individuele bron moeten ze flexibel omgaan met andere tradities.”
MvRH: “In Nederland zijn ook maar weinig mensen tot in hun tenen boeddhist. Veel mensen kijken raar op als je het woord boeddhisme laat vallen, dus ik gebruik dat woord helemaal niet. Meditatie noem ik ook mindfulness. Ik wil het niet zo religieus maken, ik zie het meer als een levensfilosofie. Anders krijgen mensen het gevoel dat ze gedwongen worden ook mee te gaan in jouw religie.”
Maar een boeddhistisch geestelijk verzorger moet wel altijd boeddhist zijn?
AvdB: “Hij moet duidelijk geworteld zijn in de boeddhistische praktijk, een leraar hebben die daarvoor in kan staan. Het moet meer dan alleen een intellectuele interesse zijn.”
Is dat waar de Boeddhistische Zendende Instantie (BZI) om de hoek komt kijken?
“Ja, zo begon dat in de katholieke traditie: iemand moest ervoor garant staan dat de geestelijk verzorger echt katholiek was. De zendende instantie zendt de geestelijk verzorgers uit. Voor het boeddhisme was zo’n instantie er nog niet, die is nu opgericht. Het begon als een werkgroep van de BUN (onder wiens verantwoordelijkheid ook de opleiding valt) en is inmiddels een soort onderafdeling van de BUN geworden. In de BZI zitten vertegenwoordigers van drie stromingen: Theravada, zen en Tibetaans boeddhisme. Zij houden een vinger aan de pols.”
Het is dus een soort certificaat van echtheid.
“Ja, want een ziekenhuis kan zelf moeilijk bepalen of je echt boeddhist bent. Zo werkt het in Nederland nou eenmaal, het boeddhisme moet zich in die zin aanpassen aan maatschappelijke regels.”
MvRH: “Hoewel de ambtsopleiding al van start gaat, zijn de voorwaarden van de BZI om uitgezonden te worden nog onduidelijk. Ik heb zelf nog geen idee of ik wel uitgezonden kan worden! Maar ik wil de ambtsopleiding sowieso doen voor de diepgang die ze biedt.”
Op de website staat nog steeds een voorbehoud, maar de ambtsopleiding gaat dus echt van start in september?
AvdB: “Ja, we rekenen op zo’n vijf tot zeven aanmeldingen, waarvan de meesten uit de master komen. Een mooi groepje om mee te beginnen. Heel spannend en leuk!”
————————————————
Interesse in deze opleiding? Bekijk op de website van de VU alle info over bachelor, master en postdoc. Kijk ook of je in aanmerking komt voor toelating tot de premaster religiewetenschappen, als je al een andere bachelor op zak hebt!
Dit artikel verscheen eerder op de site van Bodhitv http://www.bodhitv.nl/articles/show-news/2014-06-16/word-boeddhistisch-geestelijk-verzorger/
Foto omslag Thom Kluck.