Sinds de coronacrisis weten we dat thuisblijven geen probleem is, als je het maar kunt afwisselen met een wandeling in de buurt. Het ommetje voldoet aan een levensbehoefte: onderweg zijn, en intussen mijmeren en rondkijken.
Filosoof Pieter Hoexum gaat in dit boek op zoek naar het ideale ommetje. Ondertussen kijkt hij goed om zich heen en merkt hij dat het fijn is als je meerdere, afwisselende routes kunt lopen: langs rijtjeshuizen, villa’s, het industrieterrein, een park, een sloot of flatgebouwen.
Er moet onderweg iets te ontdekken zijn en het is handig als de voorzieningen op loopafstand zijn. Het maken van een ommetje – de diep menselijke wens om onderweg te zijn en te mijmeren – is niet alleen het ontdekken, maar ook het maken van een buurt. Wie een ommetje maakt, doet aan ‘stedenbouw by wandering.’
Kleine filosofie van het ommetje helpt je om zin en onzin in het denken over de buurt te onderscheiden. Wandel mee met Pieter Hoexum en ontdek de buurt.
Pieter Hoexum voltooide de kunstacademie AKI in Enschede en studeerde filosofie. Hij schrijft filosofische beschouwingen over architectuur en stedenbouw, en vooral over wonen voor onder meer Trouw, NRC, Filosofie Magazine, De Groene Amsterdammer en De Architect. Daarnaast is hij columnist van Blauwe Kamer, tijdschrift voor landschapsarchitectuur en stedenbouw. Eerder schreef hij Kleine filosofie van het rijtjeshuis (2014), en Thuis. Filosofische verkenningen van het alledaagse (2019).
NRC Handelsblad over Kleine filosofie van het rijtjeshuis – ‘Een prikkelend boek over een doorsnee-onderwerp … Hoexum belijdt zijn burgerlijkheid met het elan van een onruststoker, waarmee hij meteen zijn gelijk bewijst: originele geesten vind je net zo goed in het stramien van de nieuwbouwwijk.’