De laatste weken wordt ons regelmatig gevraagd of we hier nog veel last hebben van het water. Hoewel oorlogen (en dan alleen die die een beetje dichtbij zijn) en gênante politieke vertoningen in Nederland en Amerika het nieuws domineren, is er blijkbaar toch af en toe aandacht voor de wateroverlast in Noord Thailand.
Tot een dag of 10 geleden konden we zeggen dat we geluk hadden en de hevige regens allemaal ergens anders vielen. Het was weliswaar echt volop regentijd, maar het water dat viel werd nog gemakkelijk door de grond opgenomen. Tot het in één nacht ongelofelijk hard bleef regenen en ons hele landje bedekt werd met plassen. Van overstroming is echter nog lang geen sprake, en ons huisje ligt wat hoger en blijft vooralsnog droog. Maar dat er in één nacht zó veel water kon vallen, dat hadden we niet echt voor mogelijk gehouden. Heel vervelend is dat we sinds die nacht een van de schildpadden niet meer hebben gezien. Hun hol, dat ze zelf in een hoek van het landje gegraven hebben, was ondanks allerlei voorzorgsmaatregelen die we genomen hadden, toch helemaal volgelopen. We vrezen dat één van de twee er niet op tijd uit is weten te komen.
De vijver van de buurman is intussen behoorlijk vol geraakt. Dat is eigenlijk onze grootste zorg. Als die te ver stijgt kan het water uiteindelijk op ons terras, en daarmee in ons huisje stromen. Dat leek tot vorig jaar geen echte bedreiging, maar is nu toch wel een serieuze mogelijkheid geworden. We zijn al aan het bedenken hoe we het water buiten kunnen houden, mocht het echt te hoog komen. Intussen maken we ook maar van de nood een deugd, door te douchen onder de regenpijp. Elk nadeel hep ze voordeel.
Zoals zo vaak hebben wij ook weer makkelijk praten. De Wang, de grote rivier die door Lampang stroomt, is daar inmiddels ook buiten haar oevers getreden, en er is nog veel water vanuit het noorden onderweg. Bovendien is het regenseizoen nog niet voorbij. Maar we zitten hier ver van de rivier, en een flink stuk hoger dan de stad. Woest kolkend water door de straten lijkt hier niet zo snel te gebeuren. In de andere richting zijn de bergen, waar landverschuivingen een stuk spoor hebben weggeslagen en een tunnelingang versperd. Ook daar zitten we ver vandaan. Maar de laatste jaren zien we wel steeds vaker klimaatverschijnselen die we niet voor mogelijk hadden gehouden, dus laten we geen conclusies trekken.
Vooralsnog hebben we eigenlijk vooral last van wat we denken dat nog zou kunnen komen. Die luxe hebben veel mensen in Noord Thailand niet. Op veel plaatsen is het water echt tekeer gegaan en heeft huisraad en andere eigendommen meegespoeld. In Mae Sai, aan de grens met Myanmar, zijn 60 huizen compleet verwoest en veel anderen bedekt met een zo dikke laag modder, dat ze onbewoonbaar zijn. In de grotere steden Chiang Mai, Chiang Rai en Phayao staat het water soms tot anderhalve meter hoog in de huizen.
Zoals zo vaak komt officiële hulpverlening maar traag op gang. Nu zijn Thaise mensen wel gewend om hun eigen boontjes te doppen en niet op de overheid te gaan zitten wachten, maar het is natuurlijk wel erg groot wat er gebeurt. Gelukkig zijn er de nodige particuliere initiatieven van vrijwilligers die basisbehoeften bezorgen bij de bewoners van overstroomde gebieden. Eén daarvan is opgezet door Carmelle Hyson, die zich eerder ook al heeft ingezet om Birmese vluchtelingen op te vangen na de staatsgreep van een paar jaar geleden.
Mocht je nou, net als wij, haar willen steunen met een donatie, die voor de volle honderd procent wordt aangewend om eerste levensbehoeften voor de getroffenen te kopen, dan maak je veel mensen blij. Omdat geld overmaken naar Thailand duur is, kan je donatie via onze Nederlandse bankrekening lopen. Zet er bij dat het bedoeld is voor overstromingsslachtoffers, dan beloven wij plechtig dat we je donatie direct zullen doorstorten naar Carmelle.
(Voel je niet verplicht. De afweging om aan goede doelen te geven, en de keuze daarvan, zijn persoonlijk. We houden niet bij wie wel of niet iets doneert.)
Bankgegevens:
IBAN NL89 TRIO 0198 3335 60
T.n.v. M.J.A.E. Kupers en/of F.C. la Poutré