De hele dag door vliegen mezen af en aan en duiken op de netjes met ongebrande pinda’s van de dierenwinkel Lambrechts die aan het ‘plafond’ van het balkon van de Kloosterbunker hangen. Ze klampen zich vast aan de netjes – vijf – met hun klauwtjes. En hakken en hakken. Vandaag zag ik er een wegvliegen met een stuk pinda tussen de snavel. Dat gebeurt normaal als de mezen jongen hebben die gevoed moeten worden. Misschien zijn ze er al.
Deze week maakte ik een opname van een mees aan een netje en stuurde die naar mijn vriendin, de kleindochter van zeevisser Thijmen, en nog wat andere relaties. Een van hen vroeg zich af of zo’n netje niet levensgevaarlijk is voor mezen. Een tijdje geleden, tijdens een hete zomer, trof ze aan zo’n netje op haar groentetuin een verbrand lijkje van een meesje aan. De klauwtjes nog vast aan het netje, leven verbrand omdat het zich niet los kon maken van het net.
Mijn netjes hangen al elf jaar op het balkon – worden steeds ververst – en nog nooit blokkeerden ze een vogel in de vrije vlucht. Het verhaal van de verbrande vogel heeft me wel aan het denken gezet: ik houd de netjes nu met meer aandacht in de gaten. De mezen worden er nerveus van.
En zo kunnen goedbedoelde handelingen dodelijk zijn. Die ervaring had ik gisteravond zelf ook. Ik at vega stukjes kip met een barbecue smaakje. Die dingen waren zo verschrikkelijk taai en niet weg te kauwen dat ik de maaltijd enkele keren moest onderbreken omdat ik dreigde te stikken door die rubberen kip. Goed bedoeld, net als de pinda’s, maar soms ook dodelijk.
Moge iedereen gelukkig zijn, met name jij.
Vrede en alle goeds.
Moedig voorwaarts!