Sire, er zijn geen allochtonen meer van opiniemaker Youssef Kobo verscheen zojuist bij uitgeverij Vrijdag. Hoeveel generaties duurt het voor we een landgenoot met Marokkaanse roots als een autochtoon zien?
Deze en andere vragen stelt Youssef Kobo in zijn boek Sire, er zijn geen allochtonen meer. Hij blikt terug op onder meer de plaats van islam in Europa, geeft een kijkje in eigen keuken aan de hand van zijn levensverhaal en tackelt de oude denkkaders waarmee het multiculutraliteitsdebat gevoerd word.
Het identiteitsdebat beheerst media en politiek in tijden van angst en polarisering. Welke impact heeft dit op minderheden in ons land en hoe moeten we als samenleving verder? Aan de hand van zijn levens- verhaal verschaft Youssef Kobo de lezer een bevoorrechte inkijk in het gemiddelde Belgo-Marokkaanse huishouden.
Kobo blikt bevlogen terug op de plaats van islam in Europa, vijftig jaar Marokkaanse-Turkse migratie, het gefaalde migratie- en integratiebeleid, de impact van 9/11, de vluchtelingencrisis, het fenomeen van de Syriëstrijders in Europa, zijn eigen politieke wedervaren en de opkomst van radicaal rechts-populisme in West-Europa.
In Sire, er zijn geen allochtonen meer tackelt Kobo de oude denkkaders waarmee het multiculturaliteitsdebat gevoerd wordt en pleit hij voor meer ruggengraat, verantwoordelijkheidszin, zelfredzaamheid en ambitie.
Youssef Kobo Aouriaghel (1988) is bekend als opiniemaker en publiek spreker over onder meer sociaal ondernemerschap en migratie. Hij is geëngageerd bij de CD&V en de Vrijdaggroep. Hij is tevens stichtend directeur van A Seat At The Table, dat kansarme jongeren helpt door te stromen naar de bedrijfswereld.
Uitgeverij Vrijdag | ISBN 978 94 6001 479 6 | Paperback | 168 pag. | € 16,-
Kay zegt
Is Nederlanderschap niet meer dan een identiteitskaart of paspoort? Voor sommigen is dat wel het geval. Nederland is voor anderen een neutraal, atheïstisch en seculier abstract iets. Voor weer een andere groep is het belangrijkste materialistische economische welvaart dat het beste is voor het welzijn van burgers. Ontwikkeling van heel de mens is een voorwaarde voor een betere samenleving en onderwijs is daar een middel voor.
Nagenoeg alle onderwijssystemen die wij nu in de westerse en verwesterde wereld zien, zijn beïnvloed door ideeën die daar algemeen verbreid werden tijdens de industriële revolutie. Het generale idee van die tijd was, dat ruwe materie moet worden verwerkt tot halffabricaten om uiteindelijk te komen tot een gewenst product. Wat dit gewenste product moet zijn, wordt geformuleerd door de maatschappij met haar bepaalde sociale, economische en politieke kenmerken. Verder is
het kenmerkend voor dit idee dat de prikkel die het ruwe materiaal omvormt van buitenaf komt. De geschiedenis laat zien dat deze visie op de materie ook het onderwijs beïnvloedde: het kind werd, met meer of minder kracht, gevormd door een bepaalde mal. Als het er niet in paste, werd het uitgestoten uit de kring van een bepaald soort onderwijs. Uiteindelijk kon het zelfs zo ver gaan dat de mens buiten het maatschappelijk functioneren werd gezet.
Hier hebben allen te maken. Zonder een ruimere en diepgaander blik op het mens-zijn en de ontwikkeling van zijn latente eigenschappen en mogelijkheden zullen talloze problemen blijven bestaan.