De zazen waarover ik spreek is geen meditatiebeoefening. Het is gewoon de dharmapoort van natuurlijke vreugde, de realisatiepraktijk van volledig bereikte verlichting. Het is de koan gerealiseerd, als je hiermee samenvalt, ben je als een draak die water drinkt, als een tijger die de bergen in gaat. Je moet weten dat de ware dharma uit zichzelf verschijnt, zodat vanaf het begin saaiheid en afleiding als vanzelf opzij worden geschoven.’