Top-advocate Bénédicte Ficq adviseert de Nederlandse overheid niet mee te gaan in het claimsysteems ICS (Investement Court System) dat onderdeel is van handelsverdrag CETA. Bedrijven die zich benadeeld voelen, kunnen overheden voor miljarden aan klagen met ICS dat is opgenomen in handelsverdrag CETA. Woensdag stemt het Europees parlement over dat ICS en over het handelsverdrag CETA tussen de Europese Unie en Canada.
Bénédicte Ficq is een van de juristen die op verzoek van Milieudefensie hun oordeel gaven over dit claimsysteem. Strafrechtadvocaat Ficq is tegen ICS omdat verdragspartners, de landen van de Europese Unie en Canada, fatsoenlijke rechtspraak hebben. Ficq’s confrère Richard Korver uit Amsterdam noemt het opzetten van een separaat arbitragehof dubieus. Dat kan volgens hem ‘diep ingrijpen in nationale wetgeving en internationale rechtsverhoudingen’. Volgens hem biedt ICS onvoldoende waarborg om aan te nemen dat er sprake zal zijn van onafhankelijke rechtspraak.
Mens, milieu en natuur moet voorop
Advocaat mr. Moira T. Hoen uit Wijnjewoude en mr. Juanita van Lunen (Den Haag) benadrukken dat de gang naar de rechter mogelijk moet blijven als milieu- en natuurwaarden in het geding zijn. Overheden moeten wet- en regelgeving op kunnen stellen zonder te vrezen voor een schadeclaim, voegt mr. Hoen toe. Mr. Van Lunen spreekt zich tegen het hele handelsverdrag uit. ‘Ik ben tegen CETA, omdat natuur en milieu belangrijker zijn dan de economische belangen van multinationals en dit verdrag de democratische rechtsstaat ondermijnt.’ Zij noemt ICS onwenselijk en potentieel gevaarlijk. Ook mensenrechtenadvocaat Jelle Klaas van het Nederlands Juristen Comité voor de Mensenrechten heeft kritiek. ‘ICS zou de toegang tot het Hof van Justitie en het EU-recht kunnen gaan beperken. Dat is zorgelijk, het Europa van nu vraagt om meer mensenrechtentoetsing, niet minder.’
Privatiseringen van de rechtspraak
Ook vanuit de Erasmus School of Law komt kritiek. ‘Politici moeten stoppen met het verkwanselen van onze nationale soevereiniteit. Met (handels-)verdragen als CETA komt daar nog de component bij van privatisering van de rechtspraak, het verkwanselen van staatsmacht’, oordeelt mr. Pieter Kleve, universitair hoofddocent van de Erasmus School of Law. Professor mr. dr. Helen Stout waarschuwt voor het risico dat de onafhankelijkheid van de arbiters onder druk kan komen te staan. Bij deze ‘rechters’ kan volgens haar de neiging ontstaan om een zekere gewilligheid ten opzichte van investeerdersbelangen ten toon te spreiden. Docente Jeanine Evers noemt het ongewenst dat er naast de nationale en Europese rechtsorde, een derde systeem bestaat. ‘Dat maakt de bestaande rechtsorde vleugellam’, is haar oordeel.
Liever een Iers paardenras
Het ICS uit handelsverdrag CETA bestaat nog niet op Wikipedia. Daar staan de letters ICS gewoon voor Ice Cream Sandwich of de Irish Cob Society, een stamboekorganisatie voor een exclusief paardenras. Wat Milieudefensie betreft blijft alles zo. ‘Handel is belangrijk en wij begrijpen dat multinationals zekerheden willen, maar dat kan nooit ten koste van onze democratie, onze rechtstaat, onze rechten, ons milieu en onze gezondheid. Daar trekken wij een rode lijn’, zegt campagneleider Freek Bersch. Kijk op Youtube naar het oordeel van strafrechtadvocaat Bénédicte Ficq en lees het commentaar van haar collega’s op de website van Milieudefensie: https://milieudefensie.nl/ttip/nieuws/ics-wat-is-dat
Bert zegt
Chapeau,
Eindelijk juristen die zich laten horen over de vrijhandels verdragen.
Niet alleen de milieu- en natuurwaarden ook de mens kan in het geding komen.
Ze willen het zo inrichten dat er vrijhandel mogelijk is maar ook dat ze gevrijwaard zijn van aanspraken door derden, organisaties, regeringen en landen.
TTIP van de baan , maar via het akkoord met Canada kunnen vanuit Amerika toch “vrijheids eisen” geëist worden.
Leg de regering en zeker mevrouw Ploumen het vuur aan de schenen.
Het moet STOPPEN met deze alles ontziende onzin!!!