Michael Ritman, voorzitter van de Boeddhistische Unie Nederland (BUN) en bestuurslid van de EBU, is dit weekeinde te gast bij de Duitse zusterorganisatie DBU, net als de BUN lid van de EBU, de Europese boeddhistische koepel. De Deutsche Buddhistische Union is in 1955 opgericht en heeft meer dan zestig leden, boeddhistische gemeenschappen.
Ritman sprak gisteravond op uitnodiging de vergadering van de DBU toe. Het thema was een ook door de EBU aanbevolen gedragscode binnen Europese boeddhistische gemeenschappen. Verder dit weekeinde geeft Ritman een toelichting op het bestaan en het functioneren van de BUN in de afgelopen drie jaar. Hieronder volgt de uitgesproken tekst van Michael Ritman.
‘Mijn vriend Gunnar Gantzhorn heeft mij gevraagd hier vandaag tot jullie te spreken, en ik bedank hem voor zijn vriendelijkheid mij uit te nodigen. We hebben elkaar vier jaar geleden ontmoet tijdens een bijeenkomst van de Europese Boeddhistische Unie en ontdekten al snel dat we veel gemeen hadden. We zijn allebei voorzitter van een nationale boeddhistische unie, we waren allebei nieuwkomers en we moesten snel leren. Ik bedank ook u, de vergadering van de Duitse Boeddhistische Unie dat u zo vriendelijk bent bij deze gelegenheid naar mij te luisteren.
Later dit weekend zal ik meer vertellen over onze ervaringen in Nederland in de laatste drie jaar betreffende de ontwikkeling van ethisch beleid en gedragscodes. Maar vandaag sta ik hier niet alleen namens de Boeddhistische Unie Nederland, maar ook als bestuurslid van de Europese Boeddhistische Unie. En ik ga jullie vertellen waarom, volgens ons, een gedragscode onmisbaar is in boeddhistische gemeenschappen.
In elke gemeenschap komen mensen samen en ontstaan relaties. Dit betekent dat er een grote verscheidenheid aan problemen zal ontstaan. Mensen brengen altijd hun eigen achtergrond, hun eigen zorgen, hun eigen verwachtingen en hun eigen beperkingen met zich mee. En als gevolg daarvan zullen er fouten worden gemaakt met kleine en grote gevolgen.
Boeddhistische gemeenschappen vormen geen uitzondering op de regel. Dat is niet de realiteit die we graag willen zien, maar het is de harde realiteit. Ook al is lang niet alle informatie op Internet even juist, het is genoegzaam bekend dat er in veel gevallen ernstige inbreuken op de integriteit en in sommige gevallen strafbare feiten hebben plaatsgevonden. We hebben het over machtsmisbruik, financieel misbruik en seksueel misbruik. Dit geldt vanaf de vroegste geschiedenis, in vele landen en in vele tradities.
Er zijn ook duidelijke aanwijzingen dat er vooral in een spirituele omgeving inherente factoren zijn die bijdragen aan schadelijk gedrag. Een sterke hiërarchie, een hechte gemeenschap, een gedeeld geloofssysteem en een oprechte toewijding kunnen allemaal bijdragen aan een gezonde spirituele omgeving, maar kunnen ook tot gevolg hebben dat er ongewenste situaties ontstaan en dat er mensen worden geschaad.
Het goede nieuws is dat er in het boeddhisme veel voorbeelden van onderricht ter beschikking staan die een duidelijke leidraad bieden voor ethisch gedrag. We kunnen inspiratie putten uit de woorden van de Boeddha, en de leraren in de eigen traditie of overdrachtslijn. Er is geen reden om niet uit deze bronnen te putten en daarin duidelijke richtlijnen te vinden voor gepast gedrag in de eigen gemeenschap.
De meeste boeddhistische gemeenschappen die in het verleden problemen hebben gehad, beschikken nu over goed ontwikkeld ethisch beleid, gedragscodes en klachtenprocedures. Maar het is ook mogelijk om proactief te werk te gaan en deze maatregelen te zien als noodzakelijke bouwstenen om een gezonde en veilige omgeving te bieden voor boeddhistische studie en beoefening.
Een gedragscode dient duidelijke richtlijnen te bieden aan leraren en studenten, werknemers en vrijwilligers, kloosterlingen en leken. Voor monastieke of gemengde gemeenschappen kan eenvoudig duidelijk verwezen worden naar monastieke voorschriften en leefregels. Van cruciaal belang is dat helder wordt gemaakt tot wie men zich kan wenden wanneer men ongepast gedrag ondervindt. Een gedragscode is een kwestie van behoorlijk bestuur, gebaseerd op de beginselen van eerlijkheid, verantwoordingsplicht, verantwoordelijkheid en transparantie.
Een gedragscode hoeft geen boek te zijn met veel hoofdstukken, het hoeft geen juridisch meesterwerk te zijn en het hoeft niet te streven naar volledigheid of perfectie. Het is belangrijker dat het een levend document is dat voortkomt uit een gestructureerd proces van input afkomstig van de leden, medewerkers en vrijwilligers van de eigen gemeenschap. Als je een lang document hebt, zorg dan dat je een korte samenvatting hebt. Deze richtlijnen dienen duidelijk te worden gecommuniceerd aan allen die deelnemen aan activiteiten van uw gemeenschap, en aan het grote publiek.
Laten we in actie komen. Laten we ons ertoe verbinden om niet werkeloos toe te kijken, maar altijd de helpende hand te reiken aan degenen die onze bescherming nodig hebben. Laten we ervoor zorgen dat we in onze gemeenschappen kritische analyse aanmoedigen, een beroep doen op ieders gezond verstand en ruimte laten voor imperfectie en persoonlijke twijfel. Laten we een onverbrekelijke keten vormen van gemeenschappen die zich inzetten voor zorg en veiligheid. Laten we samen besluiten dat we altijd voor elkaar zorgen en dat er niemand in de steek wordt gelaten.
Ik wil nogmaals mijn vriend Gunnar bedanken en ik wil mijn respect uiten voor zijn initiatief om mij en andere dharma-vrienden uit Europe uit te nodigen om dit weekend met jullie te spreken.’
Lana zegt
Dank, redactie BD, voor deze berichtgeving. De heer Ritman’s aanname dat de meeste boeddhistische gemeenschappen, in het bijzonder genoemd zij ”die in het verleden problemen hebben gehad”, nu inderdaad beschikken over ”goed ontwikkeld ethisch beleid” verdient wat mij betreft een kritische ontvangst. Zie hiervoor bijvoorbeeld dit artikel, aangaande Rigpa, waarin mede de huidige kladversie voor gedragsregels kritisch beschouwd wordt. https://whatnow727.wordpress.com/2018/03/27/rigpa-progress/
Geneviève Colsoul zegt
Telkens weer verbaasd het mij dat, wat grensoverschrijdend gedrag betreft, men bijna uitsluitend het risico op seksuele grensoverschrijdingen vermeldt. Mijns inziens geldt dit evenzeer voor gewelddadig gedrag. Het spreekt vanzelf dat ook dit binnen een groep beneden de drempel van openlijke zichtbaarheid gehouden wordt. Toch kan agressief gedrag zelfs op een vriendelijke manier, of door het nalaten bepaald dingen te doen, vorm krijgen in een gemeenschap. Het lijkt me zinvol ook dit te onderzoeken, en expliciet mee op te nemen in het uitwerken van codes allerhande.
Ton DaiKen Akveld zegt
Weer/nog een gedragscode?
Wat moeten we daarmee als het mensen al niet lukt zich aan deze eenvoudige regels uit het edele achtvoudige pad te houden:
niet doden, het leven beschermen
niet stelen, niet nemen wat niet gegeven is
geen seksueel wangedrag plegen
niet liegen, niet kwetsend spreken
geen verdovende middelen gebruiken