Leerling: Het leven is een raadsel.
Meester Nitwit: Toch weer een oplossing gevonden?
Leerling: Noem dat maar een oplossing.
Meester: Noem dat maar een raadsel.
Leerling: Iets een raadsel noemen is het ontraadselen, bedoelt u.
Meester: En wat dan nog.
Leerling: Over het leven moeten we zwijgen, wou u zeggen.
Meester: Jij misschien.
Leerling: Wat zou u zeggen?
Meester: Dit.
Leerling: Ik hoor u niet.
Meester: Omdat je erdoorheen zit te kletsen.
Leerling: Ik snap u niet.
Meester: Omdat je me wilt snappen.
Leerling: Als er iemand een raadsel is, bent u het wel.
Meester: Toch weer een oplossing gevonden?

