In het redactiekamertje van het gewone dagblad waar ik vroeger werkte, was ook Pater de Herfst gehuisvest. Hij was redacteur kerk en wereld, zo heette dat, en onderhield de contacten met vertegenwoordigers van diverse geloofsgemeenschappen.
We spraken regelmatig over geweld, hij vanuit zijn geloofsovertuiging om niet te doden en ik als politieverslaggever met mijn contacten in het ernstige criminele milieu. Die niet keken op een dodelijk slachtoffer meer of minder. Op een dag spraken we over verhullend taalgebruik en oorlog. Weet je, zei de Pater, er wordt dan melding gemaakt van het uitschakelen van een tank maar er zijn vier, vijf mensen in die tank gedood, vermoord. Met een gezin, familie en vrienden, honderden mensen worden daardoor getroffen.
De moeder van mijn kinderen werkte als voorlichter seksualiteit bij de Rutgersstichting, ze lichtte onder meer medisch personeel voor in het gebruik van voorbehoedmiddelen, condooms, pessaria, de pil. Met een grote koffer vol van dat spul ging ze naar ziekenhuizen en andere oorden. De Rutgersstichting was in de jaren zeventig van de vorige eeuw het kenniscentrum op het gebied van seksuele voorlichting, het promoten van de pil. Maar wat weinig mensen weten is dat de Rutgersstichting was opgericht met het voornemen zichzelf op te heffen, als het doel was bereikt en er veilig werd gevreeën, de emancipatie van de vrouw ook.
Wat hebben het uitschakelen van een tank en het opheffen nu met elkaar te maken? Alles.
Gisteren schreef ik in een column dat ik verdrietig ben door de aanstelling van twee boeddhistische geestelijke verzorgers in het Nederlandse leger. Ik vind dat het boeddhisme het gebruik van (georganiseerd) geweld zoals een leger, voor honderd procent af moet wijzen. Niet een beetje, maar helemaal. En als de leer van de historische Boeddha daarin tekort schiet moet die worden aangepast. Niemand weet meer echt wat de Boeddha ooit heeft gezegd, voor honderd procent. Dus dat hoeft geen probleem te zijn. Je mag, nee moet de woorden van de Boeddha ook kunnen interpreteren, daar was hij zelf een voorstander van.
Een leger is in principe een moorddadige organisatie, opgericht om te doden, te moorden, al heet dat in het oorlogsrecht anders. De mensen die er werken, allemaal beroeps, worden opgeleid om om te gaan met wapens. Ze moeten bereid zijn die te gebruiken en mensen te doden. De Dalai Lama zei dat er geen oorlogen kunnen zijn als er geen legers en wapens zijn. Jasper Schaaf verwees gisteren in zijn column in het BD naar de miljarden verdienende wapenindustrie, klik die link maar aan. Opgericht en in stand gehouden om te doden, te moorden.
Hoe kunnen boeddhistische geestelijke verzorgers functioneren in een in principe gewelddadige organisatie? Wat bepraten ze met die militairen? Zal je voorzichtig zijn, snel raakschieten als je wilt doden, joh ga mediteren om in je rust te komen alvorens in een tank te kruipen? Of zeggen ze: je moet als de donder deze organisatie verlaten, vrede en alle goeds. Alleen al door hun aanwezigheid legitimeren ze ogenschijnlijke het gebruik van geweld. Er is maar één ding dat je kunt zeggen over oorlog en geweld: niet doen.
Ja, ik wist het toen ik gisteren de andere column schreef. Lezers zouden wel aan komen dragen met de boeddhistische geestelijke verzorging van gedetineerden in de gevangenis. Zowel die van defensie als in de bajes vallen onder de dienst BGV.
Ik kan me niet voorstellen dat de geestelijke verzorgers in de bajes geweld propageren maar gericht zijn op het kantelen van het brein, het handelen van de gedetineerde. Ook al zeggen ze dat niet met zoveel woorden, ze laten de andere kant zien, liefde, evenwicht, geweldloosheid.
En dat wens ik de twee verzorgers in het leger ook toe. Dat ze het gebruik van geweld afwijzen. En net als de Rutgersstichting wilde bereiken: het hele instituut boeddhistische geestelijke verzorging bij defensie opheffen. Er is genoeg te doen voor boeddhisten, zoals het helpen van oorlogsslachtoffers.
Nee, ik ben niet meer verdrietig maar vertoornd. Kwaadheid mag niet van zijn boeddhistische leraar, dat maakt ziek.
Moedig voorwaarts!