12-3-1995. New Delhi. Janpath Guest House, typisch trekkershotel op een steenworp afstand van het krankzinnig drukke Connaught Place. Min of meer heelhuids aangekomen in India, nadat ik 2 dagen geleden werd overvallen door de griep. Op weg naar de ambassade van India in Den Haag (visum) voelde ik mijn lichaam opspelen.
Aangekomen bij S. in Amsterdam werd ik overvallen door koude rillingen. S. zorgde voor me. Ze is zwanger, ik fotografeerde haar. Het lichamelijk ongerief maakte de vlucht naar Delhi pittig. Vertraging op Frankfurt, pas om 4.15 vanochtend landing op Gandhi International Airport. Gewacht tot zonsopgang. Met de bus naar het centrum.
Tijdens de rit gesprek met een Sikh uit Canada. We praatten vertrouwelijk en ontspannen. Hij was met vakantie, beklaagde zich over de uit hun voegen barstende steden in zijn geboorteland. Hij vertrouwde me toe dat zijn vader in 1982 was vermoord, in New Delhi.
De man drijft een benzinestation in Toronto. Hij roemde de economische groei in India. Mocht hij terugkeren, zei hij, dan alleen als hij een westers huis op het platteland kon krijgen.
Sikhs zijn denk ik de verfijndste mensen die ik ontmoette in India.
Toen de bus de eindhalte bereikte, en de Sikh al was uitgestapt, kwam een opgewekt joch van 6 of 7 jaar de bus in met een glas chai (thee) en een stuk bladerdeegbrood. Geld wou hij niet, en hij zei niet aan wie ik de traktatie te danken had. Maar zijn glimlach sprak boekdelen.
Ik moest overstappen op een bus naar Connaught Place. De kaartjesknipper verzuimde me te wijzen op de halte. Ergens in een buitenwijk joeg hij me duidelijk genegeerd de bus uit. Weer wachten op een bus naar Connaught Place. Daar in de buurt een redelijk hotel gevonden. Schreeuwend duur naar plaatselijke begrippen, dat wel.
Goed gegeten. Chinese groentesoep, rijst en kip. Nu bekaf. Morgen een treinkaartje reserveren voor de reis naar Jaipur.
13-3 Hersteld van de jetlag en de griep. Was het gisteren koel, vandaag lijkt de Indiase lente doorgebroken met zalig warm weer. Geniet in een mondaine tent aan Connaught Place van een fles Kingfisher-bier. Westerse popmuziek. De ambiance een beetje surrealistisch. Combinatie van materieel geslaagde Indiërs en mooie hippiemeiden. Ze dansten loom, de ogen van mannen op zich gericht.
Riksja-chauffeurs afpoeieren, benevens pooiers en parafernalia-handelaars. Er zijn bekwame amateur-psychologen bij. Ze negeren of onmiddellijk nee schudden sorteert het meeste effect. Dat mag onbeleefd lijken, maar het schept duidelijkheid voor verkoper en de nukkige klant die ik ben.
Het bier stijgt me naar het hoofd. Loom en intens tevreden. De vervuiling in New Delhi neemt monumentale vormen aan. De lucht is onwaarschijnlijk smerig. Uitlaatgassen, industrie in de stad. Delhi is volledig verstopt en hopeloos overbevolkt.
14-3 Tegenslag. Domme dingen gedaan. Gisteravond op Connaught Place inferieure hasj gekocht. Niet ongevaarlijk, er staat 10 jaar cel op. Viel er niet van in slaap. Vanochtend bovendien op het verkeerde station (New Delhi in plaats van Oud Delhi) de verkeerde trein naar Jaipur genomen.
Na anderhalf uur slaap stapte ik slaapdronken in een luxe coachtrein. Moest 30 gulden bijbetalen voor kaartje plus boete.
15-3 Jaipur. Geweldig om na 4 jaar terug te zijn in deze betoverend mooie woestijnstad. Vertoef in een prettig low budget-hotel met veel Europese reizigers. Veel types die 4 of 5 maanden in India rondhangen. De kamer kost 5 gulden per nacht. Warm eten op het dakterras doet 2 gulden.
Het oude centrum van Jaipur is nog mooier dan in mijn herinnering. Roodstenen paleizen en forten. De antieke stadspoorten en -muren zijn overweldigend. Voor 5 rupee (een kwartje) een dik stuk zeep gekocht. In de douche doe ik er de was mee. Op straat veel edelstenen te koop, ik hap niet.
Morgen met de bus naar Jodhpur, 400 kilometer ten westen van Jaipur. Lees ademloos In Cold Blood van Truman Capote. In een ouderwets, mild koloniaal Coffee House goede koffie gedronken. Ik ben tienduizend kilometer van huis. Een sociaal probleemgeval, in een rode woestijn.


Geef een reactie