Ik had al op de knop in de liftkooi omhoog gedrukt en de deur sloot zich toen de deur weer open ging. Mogen we nog mee, zei de jonge vrouw, ik moet naar één, maar hij kan nog geen trappenlopen. En hij is al zo groot, zei ik. Dat is waar, zei de vrouw. Hoe oud is hij, vroeg ik. Zeven maanden, zei de vrouw. Wat is het er voor een, vroeg ik, hij lijkt wel een ijsbeer. De jonge vrouw lachte. Het is een Zwitserse herder, zei de vrouw. Dag hond, zei ik, toen het tweetal uit de lift stapte. Dag meneer, zei de vrouw.
