Vanmiddag stond opeens een vriend van mij voor de deur. Ik wilde net gaan strijken maar brak dat voornemen af. Vrienden gaan voor een plooivrij overhemd.
Ik vroeg of hij koffie wilde, een paar dagen geleden had ik koffiecups nummer 5 besteld nadat mijn vriend een paar weken geleden bijna met ernstige hartklachten in het ziekenhuis was opgenomen nadat ik hem een kop koffie met de sterkte 12 of daaromtrent had geserveerd. Hij bedankte, zijn vrouw had net koffie gezet die hij had genuttigd. ‘Je hebt toch maar een goede vrouw’, zei ik tegen mijn vriend. ‘Ja, het is een goed wijf’, zei hij op zijn Rotterdams, ‘maar ze praat wel erg veel. Vrouwen zijn toch anders.’
Natuurlijk zijn vrouwen anders, maar of ze nu veel praten, meer dan mannen, betwijfel ik. Mijn vriendin, kleindochter van zeevisser Thijmen, heeft wel altijd wat te vertellen. Daar geniet ik van. Haar moeder was wel een langprater. Als ik uit bed stapte en de woonkamer inliep waar zij al op een stoel zat, begon ze tegen mij te praten. Op een gegeven moment vroeg ik haar of ze voor elf uur ’s morgens niet met mij het gesprek aan wilde gaan omdat ik dan geestelijk ontwricht raakte.
Verder ken ik geen drukke vrouwen. Mijn moeder sprak een paar honderd woorden per jaar, mijn dochter haalt dat niet eens, mijn zus is kort en bondig evenals mijn vriendinnen en familieleden. Ik ken de vrouw van mijn vriend, ik kom haar op straat of in een winkel weleens tegen. Mijn vriend noemt haar een veelprater, ik een belangstellende vrouw die overigens nooit om een praatje verlegen zit. Zo is alles perceptie, ook de spraak.
Moedig voorwaarts!
BIJSLUITER: het lezen van deze columns kan leiden tot groot geestelijk ongemak, woedeaanvallen, depressies, onbeheerst gedrag, angstaanvallen, maagzuur, zweten, ongeloof, twijfel aan eenieder, straatvrees, lange tenen en het geloof in het eigen gelijk. Bij de lezers. Scheldpartijen en een onbedwingbare drang om te reageren zijn waargenomen. Sommigen willen mij corrigeren. Of bedanken. Of prijzen. De drang om in verzet te komen is waargenomen, het abonnement op te zeggen. Sommigen besluiten de krant niet meer te lezen, of te boycotten. Er kwaad over te spreken. Te janken of te vloeken. De straat op te gaan om te demonstreren maar niet weten waartegen. Het boeddhisme de rug toe te keren. Of aan de drugs te gaan. En zo gaat het maar door.
siebe zegt
“Op een gegeven moment vroeg ik haar of ze voor elf uur ’s morgens niet met mij het gesprek aan wilde gaan omdat ik dan geestelijk ontwricht raakte”. (Joop Ha Hoek)
:-)