Elk jaar gebeurt het in vele gezinnen, zo in oktober. Ouders roepen dan hun kind van een jaar of zes, zeven, acht bij zich en vertellen dat de oude decemberman (ik gebruik verhullend taalgebruik) niet bestaat en dat zij de handlangers zijn van de sprookjesbejaarde. Zo gebeurde het onlangs ook met de achtjarige kleinzoon. Zijn moeder nam hem mee om een hapje te eten en leidde het onderwerp voorzichtig in om uiteindelijk het geloof in de bejaarde bij de kleine man te vernietigen. Dit weekeinde sprak ik mijn kleinzoon en zonder de bejaarde te noemen vertelde ik hem dat hij nu ook in het complot zat en niks mocht vertellen tegen zijn jongere broertje. Het is wel jammer, sprak mijn kleinzoon, die tot het moment van onthulling geloofde in het sprookje. Maar in de schoolgroep waarin hij zit geven de kinderen elkaar dit jaar presentjes en is de oude baas buitengezet. Ik viel hem bij: Ik zie toch elk jaar de …….arriveren, zei ik. Hij knikte.
Voor mij was het ook een droeve dag. Elk jaar in november schreef mijn alter de oude baas mooie brieven in een prachtige rode envelop met het briefhoofd Paleis van…aan de kleinkinderen. Soms was de inhoud niet conform met wat de ouders al hadden bekokstoofd en viel er veel uit te leggen. Regelmatig ging ik met de kleinzoon naar een buitenlands speelgoedmagazijn waar de oude baas met zijn paard woonde, zo vertelde ik het kind. Hij knikte vol ontzag. Het was ons Lourdes, allemaal weg, foetsie. Door die kloteschool met zijn ongeloof.
Mijn dochter vertelde ik op een leeftijd waarop de meeste meisjes al verkering hebben van het niet-bestaan. Onder druk van mijn partner. Het was een moeilijk moment, ook voor mij. Wat een mop, zei mijn dochter. Zelf werd ik al op jonge leeftijd slachtoffer van de genadeloze onthulling. In dit geval door mijn broer die op een voor mij onverwacht moment -de oude baas was al in het land en ik had mijn schoen gezet- een suikerbeest uit een kast haalde en zei dat mijn ouders die hadden gekocht. Het is nooit meer goed gekomen met mijn broer.
Gisteren was ik bij broodjeszaak Dennis aan de Parkkade 1 in Rotterdam. Ik vertelde hen dat ik gehoord had dat de oude man niet van zichzelf bestond. Naast mij begon een vroeg gepensioneerde te huilen. ‘Dat had je nou niet moeten vertellen, ik geloofde tot nu diep in hem’, zei de man die een voormalige rechercheur bleek te zijn.
Soms is het fijn om niet meer in sprookjes te geloven, soms ook niet.
Moedig voorwaarts!
Karin zegt
Beste Joop,
Zolang mensen geloof koesteren in gebruiken en godsdiensten zie ik niet in waarom we niet kunnen blijven geloven in Sinterklaas. Het goddelijke is voor iedereen anders en kan per individu veranderen in het leven en per levensfase een andere rol innemen.
Het geloof in Sinterklaas verloopt precies zo.
Het geloof in Mr. S koester ik nog steeds, maar het heeft in mijn levensloop een andere betekenis gekregen. Ik geloof in de bebaarde boterletter bejaarde en vind mijn geloof in de pepernoten die veel te vroeg in de winkel liggen, in mijn 2 non-believers die nog ieder jaar hun schoen zetten met onderwijl een schuin oog naar mij al sinterklaasliedjes kwelend, in de ietwat zorgwekkende ogen van de ondeugende kleuters bij de intocht op school, in de pietendiscussie, in het cadeautje dat ik voor mezelf koop voor 5 december, in de sinterklaasliedjes en in de “sssttt…even niet over jeweetwel hebben” als er een klein kind in de buurt is.
Geloof dus moedig voorwaarts en blijf die prachtige brieven schrijven. Sinterklaas leeft! Ook in jouw kleinzoon ;-)
Warme decembergroet, Karin