Daar al zijn gedachten slechts op bezoek zijn, deze ook, krijgt het denken van de lege geest een merkwaardige vluchtigheid die gemakkelijk voor lichtzinnigheid of oppervlakkigheid wordt aangezien.
witboek niet-weten
Woordenboek niet-weten: de lege mens
Hij beeldt zich niet in dat hij een boeddha is. Hij beeldt zich niet in dat hij geen boeddha is.
Niet-weten is een val zonder strik
Een kuil voor jezelf.
Woordenboek niet-weten: de lege boodschap
Vanaf je geboorte word je doodgegooid met boodschappen. Politieke boodschappen, religieuze boodschappen, morele boodschappen, blijde boodschappen, sombere boodschappen, reclameboodschappen, koop dit, doe dat – de ene boodschap nog dringender dan de andere, het houdt niet op. Je zou er tureluurs van worden en dat worden we ook.
Niet-weten is geestverruimend, maar niet heus
Vooral dogma’s zijn sta-in-de-wegs. Dat kunnen politieke dogma’s zijn zoals het communisme, het socialisme, het kapitalisme, het liberalisme en het fascisme, of religieuze dogma’s zoals het katholicisme, het protestantisme, het orthodoxe jodendom, het liberale jodendom, theravadaboeddhisme en zenboeddhisme, of filosofische dogma’s zoals…
Het laatste woord over niet-weten
Een zucht van verlichting: hèhè! Een bevrijd(end)e lach: haha! En daar is de volgende gedachte alweer: hoho!
Woordenboek niet-weten: adoxie en paradoxie
Zoals je van een christen kan zeggen dat hij rechtzinnig is omdat hij in overeenstemming met de rechte leer leeft, kan je van een weetniet zeggen dat hij onzinnig is omdat hij in overeenstemming met de lege leer leeft.
Niet-weten is geen dogma
Een leerstuk over de onwenselijkheid van dogma’s is gewoon het volgende dogma.
Agnose is altijd actueel
Gedachten doorprikken is het mooiste wat er is.
Schijt aan alle spiritualiteit
Een dwijze denker is geen tanker.
De weg van de meeste weerstand
Het goede nieuws: je gaat ’m al.
Niet-weten is iets waar je niet in zit en waar je niet uit komt
Gecondoliteerd dan maar.
Niet-weten is je laatste fuik
Van de regen in de zee.
Weten is een fuik
Zwammen in je hoofd, zwemmen in je buik.
Van meningen krijg je meningitis
Acht meningen over meningen.
Woordenboek niet-weten: het lege paradigma
Mensen zijn gewoontedieren. Ze zetten een bril op hun neus en vergeten algauw dat hij hun blik kleurt. De bril verdwijnt uit beeld, de gekleurde blik wordt werkelijkheid.
De wandelaar en de drenkeling
Wie heeft hier gelijk?
Stijlfiguren niet-weten: accumulatio en dubitatio
Lijstjes zijn handig om met zo min mogelijk woorden zoveel mogelijk denkwegen af te sluiten.
Niet-weten is het einde van je spirituele hebzucht
Voor mij is niet-weten nooit bijzaak geweest maar van meet af aan noodzaak, weerhaak, doorbraak, plofkraak, radbraak, schoonmaak, snelschaak, dagtaak, nieuwspraak.
Niet-weten is een blindganger
Een bom die zelden tot ontploffing komt.
Woordenboek niet-weten: polderspiritualiteit
In de polder is niets om je voor te verbergen en niets om je achter te verbergen. Geen herkenningspunt om je plaats te bepalen, geen richtpunt om je route te bepalen.
Niet-weten lijdt geen twijfel
Twijfelen is menselijk en mensen kunnen overal aan twijfelen. Aan hun bestaan, aan hun identiteit, aan hun lichaam, aan hun geslacht, aan hun medemens, aan God, aan de realiteit, aan de zin van het leven – je kan het zo gek niet bedenken.
Niet-weten is blindzien
Zonder kanten geen twijfel.
De weg eindigt met de eerste stap
Scepticisme is het geloof in ongeloof.