Het NOS-journaal meldde eind van de ochtend dat een groep Nederlanders in een ruig berggebied in Noorwegen een of twee noodsignalen had uitgezonden waarna het stil bleef. Begin van de middag was er een update van het bericht en gingen deskundigen duiden hoe de omstandigheden waren waarin de groep natuurliefhebbers- die te voet van hut naar hut trokken, zich bevond. Het was niet best.
De Journaallezeres meldde dat een groep reddingswerkers van het Noorse Rode Kruis met sneeuwscooters en te voet op weg waren gegaan om de Hollanders te vinden. Vergezeld van reddingshonden. Er was een opname van een reddingswerker, een man of vrouw met een helm op. Ogenschijnlijk een gewoon mens. Heel kalm bij een auto. De sneeuwscooters keerden terug, kwamen niet door de meter hoge verse sneeuw van de afgelopen dag. Een helikopter deed hetzelfde. Pas nadat enorme voertuigen met rupsbanden de meeste sneeuwduinen hadden opgeruimd konden de reddingwerkers op pad gaan en vonden de groep es o essers.
Reddingswerkers gingen op weg, sprak het NOS-journaal. Noorse mannen en vrouwen die niet vooraf hoefden te vergaderen om te beslissen of ze erop uit zouden trekken, die geen salaris krijgen om wat ze doen. Doeners, mensen die met hun eigen angsten en vrees voor anderen klaarstaan, om hun kostbare leven te redden. De een bombardeert mensen als hij het bevel krijgt, de ander redt na een noodsignaal.
Anca Ansink zegt
Beste Joop,
Heel goed om dat weer eens te noemen. Reddingswerkers zijn wat mij betreft boeddha’s of bodhisatva’s.
Zonder erover te gaan praten brengen ze de dhamma in praktijk, ook al kennen ze het woord waarschijnlijk niet.