Er zijn diverse manieren om de redactie van het Boeddhistisch Dagblad te bereiken. Aanbellen aan de poort van de Kloosterbunker, maar dat is niet succesvol, op de deur en aan de deurpost hangen stickers dat geloofsverkondigers niet welkom zijn, dus openen we de deur alleen voor de bezorgers van PostNL en Peking Maaltijd.
Opbellen kan ook maar tijdens de vervaardiging van de krant nemen we nooit op. Mailen is ook een optie, de meest succesvolle, de mails worden elke tien minuten gezien en vrijwel direct beantwoord. En dan is er nog de mogelijkheid om een formulier in te vullen en dat naar de redactie te sturen.
Die komen terecht in een soort kelderruimte, nee, niet die van vergetelheid. Je zou het ook een tijdelijk archief kunnen noemen. Als wij dashboard aanklikken aan de achterkant van het BD komen we in de machinekamer van de krant en helemaal onderin staan die formulieren, de gedachten van onze lezers. Het zijn er niet zoveel, een paar per maand.
Een ervan was die van een collega journalist, die in 1971 de Dalai Lama in Dharamsala, India interviewde voor een Nederlands opinieblad. Een paar jaar terug ging hij in een ver buitenland op reis met een koffertje interviews waaronder die met de Dalai Lama. Met de bedoeling die te ordenen en mogelijk opnieuw uit te geven. Alle originelen mee op reis, gekoesterd in een koffertje handbagage. Het stortregende bij aankomst. Zijn bagage werd in de taxi gezet, en bij aankomst bleek het koffertje verdwenen. De tekst van de Dalai Lama niet meegenomen? Slinks ontvreemd? We weten het niet. Het betekende wel dat zijn hele geschreven oeuvre was verdwenen.
Een paar jaar geleden werd in het BD de serie De zwarte tulp van Hans van Willenswaard gepubliceerd. Over de opkomst van het boeddhisme in Nederland. In aflevering 9 leek er een link te zijn naar de ooit gepubliceerde tekst van de collega journalist, in het opinieblad, waarvan hij het origineel ook niet had. En zo stuurde hij maanden terug al een formulier naar het BD dat in de rustige archiefkelder van de krant terecht kwam. Met de vraag aan Hans van Willenswaard of hij over de tekst in het opinieblad beschikte.
Ik las het een paar keer en verwonderde me over de inhoud maar ondernam geen actie. Pas eergisteren besloot ik enkele berichten in de kelderruimte die overigens goed gelucht wordt en een frisse geur heeft, op te pakken en te handelen. En zo stuurde ik het verzoek van de collega journalist per mail naar Hans in een ver buitenland die binnen een paar uur antwoordde en op zoek zou gaan naar de tekst ergens in een doos na een verhuizing en die op zou sturen naar Amsterdam waar de collega woont.
Omdat de cc. aan de collega terug kwam als onbestelbaar belde ik ’s avonds zijn echtgenote en vroeg hem te spreken. Dat zal niet gaan, zei de vrouw, mijn man is op 22 april overleden. Ineens voelde ik me zo lullig, zo schuldig ook, hoe vaak was ik niet in die kelder geweest en liet ik zijn vraag maar liggen. In het boeddhisme leerde ik ding voor ding te doen, met aandacht – als je loopt dan loop je, als je zit dan zit je, als je luistert, dan luister je. En pas eergisteren pakte ik de vraag van mijn collega op.
Ik zei het tegen zijn vrouw, dat ik me knap lullig voelde. Dat hoeft niet, dat is niet boeddhistisch, zei ze. Soms blijven dingen gewoon liggen.
Het gevoel dat ik iemand in de steek heb gelaten is er nog steeds.
Moedig voorwaarts!
BIJSLUITER: het lezen van deze columns kan leiden tot groot geestelijk ongemak, woedeaanvallen, depressies, onbeheerst gedrag, angstaanvallen, maagzuur, zweten, ongeloof, twijfel aan eenieder, straatvrees, lange tenen en het geloof in het eigen gelijk. Bij de lezers. Scheldpartijen en een onbedwingbare drang om te reageren zijn waargenomen. Sommigen willen mij corrigeren. Of bedanken. Of prijzen. De drang om in verzet te komen is waargenomen, het abonnement op te zeggen. Sommigen besluiten de krant niet meer te lezen, of te boycotten. Er kwaad over te spreken. Te janken of te vloeken. De straat op te gaan om te demonstreren maar niet weten waartegen. Het boeddhisme de rug toe te keren. Of aan de drugs te gaan. En zo gaat het maar door.