De Periscaria amplexcaulus Blackfield op het balkon van de Kloosterbunker heeft de geest gegeven, de resten zijn opgevreten door dikke rupsen. Omdat deze planten veel bijen en vlinders aantrekken, die met uitsterven worden bedreigd, besloot ik nieuwe te kopen. In Bunkerstad kon geen kweker ze leveren en op de Veluwe wel bij een organische kwekerij. Ik maakte een afspraak per mail – de zaak laat mondjesmaat klanten toe in deze coronatijd. Gisteren werd ik verwacht en met een uitgeruste en zonnige geest stapte ik in de auto. De kwekerij is niet per trein bereikbaar. Met een bus ben je een dag onderweg. En de bijen en vlinders eisen spoed.
Ik vertrok om 13.00 uur naar de Shellpomp hier vlakbij. Een pomp met alleen maar vrouwelijk personeel, zo bijzonder, om te tanken en de auto een goede beurt te laten geven. Het stof zat er duimendik bovenop. Bij het afrekenen bestelde ik een broodje, dat deden ze in de oven. Zo klaar, zei de bediende. Ik kocht ook de wasbeurt, zo smerig kon ik niet naar de Veluwe, er was niemand voor me in de wasstraat. Het broodje bakte en bakte en er kwamen alleen maar klanten binnen voor een wasbeurt. Zo stond ik na een kwartier wachten op dat broodje buiten in de rij bij de wasstraat met 4 wachtenden voor me, zo’n wasbeurt duurt 10 minuten. Ik besloot rustig te blijven, ik had pas tussen 14.00 en 16.00 afgesproken bij de kwekerij De Hessenhof in Ede. Dus tijd zat. De wasbeurt zelf was een sensatie, ik zat in de auto, maar wel broeierig. Het was begin van de middag al goed heet buiten. Het broodje bleek verbrand.
Ik reed de A20 op, richting Ede. Na Gouda gingen de snelheidsborden van 70 naar 50 en kwam ik in een stilstaande file van 10 kilometer terecht. Bij Woerden was een oplegger met apparatuur van de weg geraakt. De weg moest gereinigd en het asfalt vernieuwd. De opstopping zou wel tot middennacht duren, zei de omroeper op de radio. Ik besloot terug te gaan naar Rotterdam en pas na anderhalf uur rijden kon ik na 3 kilometer van de weg af. Elke minuut reed ik tien meter vooruit. Ondanks de airco was het 30 graden Celsius in de auto. Op een soort uitvalstrook langs de snelweg pleegde ik een sanitaire stop. De andere automobilisten begonnen te toeteren, dachten dat ik voor wilde piepen op de weg. Om 17.15 uur was ik weer in de Kloosterbunker. Zonder knollen.
Moedig voorwaarts!
BIJSLUITER: het lezen van deze columns kan leiden tot groot geestelijk ongemak, woedeaanvallen, depressies, onbeheerst gedrag, angstaanvallen, maagzuur, zweten, ongeloof, twijfel aan eenieder, straatvrees, lange tenen en het geloof in het eigen gelijk. Bij de lezers. Scheldpartijen en een onbedwingbare drang om te reageren zijn waargenomen. Sommigen willen mij corrigeren. Of bedanken. Of prijzen. De drang om in verzet te komen is waargenomen, het abonnement op te zeggen. Sommigen besluiten de krant niet meer te lezen, of te boycotten. Er kwaad over te spreken. Te janken of te vloeken. De straat op te gaan om te demonstreren maar niet weten waartegen. Het boeddhisme de rug toe te keren. Of aan de drugs te gaan. En zo gaat het maar door.