Dus liep ik net als ‘de rijke bramenplukker’ door het bos alsof het een paleis was; keek ik naar lucht alsof het een plafondschildering was; luisterde ik naar het zingen van de vogels alsof… Net zo lang totdat niet ik, maar de bramenplukker daar tussen de bamboes liep. En daarna haatte ik hem; schreeuwde ik naar hem omdat ik vond dat hij me bedrogen had.
Bertjan Oosterbeek
Sogenji desu – TEISHO
Bijna iedereen zat dus te slapen. Zelfs de Japanners, die de Roshi natuurlijk wel gewoon konden verstaan. Japanners beschikken namelijk over het verbluffende vermogen om bij dit soort gelegenheden meteen en en masse in slaap te vallen. En trouwens ook om allemaal tegelijk op precies het juiste moment weer wakker te zijn, en dan – zogenaamd aandachtig luisterend – weer rechtop te zitten.
Sogenji desu: KAIRO
In Sogenji veranderde iedereen daarom dan ook langzaam maar zeker in een Michelin-mannetje. Want zolang je er maar niks van zag, mocht je net zoveel kleren dragen als dat er onder je samugi (zenpak) paste. En dat was best veel.
Sogenji desu: ROHATSU
En dat kostte zoveel kracht, dat ik op een gegeven moment de linkerhelft van mijn gezicht niet meer voelde. Ik had toch geen hersenbloeding!? Zou de ene kant van mijn gezicht nu slap naar beneden hangen?
Sogenji desu: TAKUHATSU
Hoewel de meeste Japanners – of ze nu wel of niet iets gaven – buitengewoon vriendelijk waren, was er toch ook wel een aantal die met wilde armgebaren duidelijk maakte dat ze niet gediend was van zo’n schreeuwende monnik op de stoep…
Sogenji desu: KUFU
“En… wat heeft zo’n jaartje in een Japans zenklooster je nou gebracht?”
Sogian Desu: NENGE MISHO
Al dat gestudeer leidt uiteindelijk tot niks. Want hoe meer je loopt te denken en te analyseren, of mooie verbanden probeert te leggen, des te meer dénk je te begrijpen.
Sogenji desu: SANZEN 2
Het eerste wat ik van de Roshi leerde was ‘niet denken’. Dat is overigens iets anders dan ‘geen gedachten hebben’. Zoals ons hart gemaakt is om voortdurend bloed in ons lijf rond te pompen, zo zijn onze hersenen gemaakt om voortdurend gedachten te produceren.
Sogenji desu: SANZEN
Bertjan Oosterbeek verbleef een jaar lang in een Japans klooster. ‘Wat dus het eerste was dat ik leerde van sanzen? Buigen natuurlijk!’
Sogenji desu: OSESSHIN
Zodra ik dát in mezelf hoorde, kwamen – alsof er in mijn hoofd van twintig radio’s tegelijk de volumeknop omhoog gedraaid werd – al mijn gedachten weer terug. Opeens was ‘ik’ er weer. Of was het omgekeerd en was ‘ik’ weer weg?
Sogenji desu: KUYO
En hoeveel ui we ook aten – uiensoep, uientaart, gevulde ui, door de pasta, over de aardappels met kaas – het was niet te voorkomen dat we uiteindelijk toch nog met zo’n vijfentwintig dozen half vergane uien bleven zitten.
SOGENJI DESU: Koban
Ik begreep meteen dat ik me weer eens enorm had zitten aanstellen. Voor niks, want er was niks of niemand om de schuld te kunnen geven. Alles wat ik hier deed was enkel en alleen mijn eigen verantwoordelijkheid.